e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Welkenraedt

Overzicht

Gevonden: 1023
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stroop kruidje: krøtšǝ (Welkenraedt) Dikke, kleverige, zoete vloeistof, als broodbeleg gebruikt. In dit lemma zijn alle antwoorden opgenomen die zijn gegeven op de vragen S 36, L 7, 62 en N 57, 34a waarin in het algemeen werd gevraagd naar benamingen voor stroop. Daarnaast is monografisch materiaal dat betrekking had op stroop, verwerkt. Bovendien bevat dit lemma de antwoorden op vraag N 38, 2 "Hoe noemt u appelstroop?", omdat uit vergelijk van het materiaal voor diverse plaatsen bleek, dat er nauwelijks ver-schillen optraden in de benamingen voor stroop en appelstroop, waarschijnlijk ook omdat de meeste stroop uit appels geproduceerd wordt, Om een overbodige opsomming van identieke varianten te vermijden, is daar-om besloten de opgaven bij elkaar te plaatsen. [N 57, 34a; N 57A, 6; S 36; L 7, 62; N 38, 2; monogr.] II-2
struik (alg.) struik: stroeg (Welkenraedt) struik [ZND 32 (1939)] III-4-3
suiker suiker: soeker (Welkenraedt) suiker [ZND 07 (1924)] III-2-3
suikeroom suikernonk: sŏĕkkərnónk (Welkenraedt) suikeroom [ZND 11 (1925)] III-2-2
suikertante suikertant: tsukertant (Welkenraedt, ... ), tante de sucre (fr.): tante de sucre (Welkenraedt, ... ) tante (moei) [ZND 11 (1925)] III-2-2
tabak toebak: dat es sterke toebak (Welkenraedt) dat is sterke tabak [ZND 07 (1924)] III-2-3
tabak snuiven een prise nemen: pries nĕme (Welkenraedt), snuiven: snoeve (Welkenraedt), toebak snuiven: e.a. opgaven  (toubak) snoeve (Welkenraedt) snuifje nemen [ZND 07 (1924)] || tabak snuiven [ZND 07 (1924)] III-2-3
tanden tanden (mv.): lange teng (Welkenraedt) lange tanden [ZND 07 (1924)] III-1-1
tante petite tante (fr.): petite tante (Welkenraedt), tant: taant (Welkenraedt), tant (Welkenraedt), tantje: tentsjə (Welkenraedt) tante (moei) [ZND 11 (1925)] III-2-2
tarwe weit: wēs (Welkenraedt) Triticum L. Sinds de invoering van betere bemestingmethodes groeit de tarwe ook in de Kempen. Het woordtype koren is als nevenvorm opgegeven in: K 316, 317, 318, 360, L 286, 292, 313, 360, 416, P 45, 119, 175, 192, Q 10, 39 en 97; evenwel alléén in de omzetting van de uitdrukkingen "rogge wordt hoger dan tarwe" of "de tarwe groeit welig" en het kan derhalve niet als een gangbare benaming van de plant worden beschouwd en is zodoende ook niet in het lemma opgenomen. Zie ook de toelichting bij het lemma ''graan, koren'' (1.2.1). Zie afbeelding 1, e.' [JG 1a, 1b; L A1, 82; L 7, 75; L 15, 24; L 28, 33; L 34, 55b; L 35, 61; L lijst graangewassen, 7; S 37; Wi 52; Gwn 9, 2; NE 1, 2; monogr.; add. uit N 15, 1a] I-4