e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Well

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
praam praam: prām (Well) Neusknijper om het paard in bedwang te houden. Een praam bestaat uit een houtje met een lus eraan, die rond de bovenlip van het paard wordt gelegd en met het houtje wordt aangedraaid. Er bestaan ook metalen neusknijpers met deze functie (zie o.a. de termen muilijzer, tandijzer en gebitijzer). [JG 1b, 1c, 2c; N 13, 85; N 33, 377 en 380; S 28; monogr.] I-10
prei prei: prei (Well) prei [SGV (1914)] I-7
prent(je) prent(je): preent (Well) prent [SGV (1914)] III-3-2
pret, schik schik: schik (Well), wij hebbe schik (Well) [schik] wij hebben ~gehad [SGV (1914)] || schik [SGV (1914)] III-1-4
priester geestelijke: gêsselik (Well) priester [SGV (1914)] III-3-3
prijzen (mv.) prijzen: prîs (Well) prijzen (mv.) [RND] III-3-2
priktol tol: tŏl (Well) tol (speeltuig) [SGV (1914)] III-3-2
processie processie (<lat.): presessiej (Well) processie [SGV (1914)] III-3-3
proeven proeven: pruuve (Well, ... ) proeven [SGV (1914)], [SGV (1914)] III-1-1, III-2-3
pronken pronken: proonke (Well) pronken [SGV (1914)] III-1-3