25180 |
regenwolkje |
de zon put water:
də zoͅn pət weͅtər (Q078p Wellen)
|
regen-voorspellend wolkje bij ondergaande zon [watermenneke] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
24308 |
regenworm |
piering:
piering (Q078p Wellen)
|
pier, aardworm [ZND 14 (1926)]
III-4-2
|
17904 |
reiken naar |
pakken naar:
iet pakke (Q078p Wellen)
|
Reiken, met de handen naar iets reiken (naar iets pakken, grijpen). [N 109 (2001)]
III-1-2
|
21195 |
reis |
reis:
murge kümter van de rees terük (Q078p Wellen)
|
Morgen komt hij weer van de reis (terug). [ZND 08 (1925)]
III-3-1
|
21201 |
reiskoffer |
valies (<fr.):
vəli.js (Q078p Wellen)
|
valise
III-3-1
|
21455 |
rekenen |
rekenen:
reikene (Q078p Wellen)
|
rekenen [ZND 41 (1943)]
III-3-1
|
21378 |
rekening |
rekening:
ich zal hum èn rèkening schikke (Q078p Wellen)
|
Ik zal hem een rekening sturen. [ZND 07 (1924)]
III-3-1
|
34616 |
rem van de wagen |
mechaniek:
migǝnik (Q078p Wellen)
|
De rem komt vrijwel alleen voor bij de wagen. Er bestaan verschillende systemen. Essentieel hierbij is echter dat steeds een remblok tegen de rond de velg van het wiel bevestigde metalen band kan schuren. De informant van Q 099q vermeldt het volgende: "Vroeger werd de rem door middel van een zwengel aangedraaid. Thans wordt de rem in werking gesteld door een ijzeren hefboom. Deze ijzeren staaf heeft aan het losse uiteinde een ketting, die vastgemaakt wordt aan een haak, welke zich bevindt aan de zijkant van de karbak. Het is dus een vereenvoudiging, de zwengel is vervangen door een hefboom.". De respondent van P 48 omschrijft de wagenrem als een "blok met ketting aan as om te remmen. [N 17, 40 + 44j + 49 + 50b + 99 + add; JG 1b; JG 1c; JG 1d; JG 2c; monogr.]
I-13
|
21358 |
rente |
interest:
ps. omgespeld volgens Frings.
ēͅi̯ntreͅs (Q078p Wellen),
eͅintrēͅs (Q078p Wellen)
|
Rente [intrest?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
24548 |
reseda |
rose dgypte (fr.):
Komt voor in WLD III, Flora; daar ontbreekt het ZND materiaal
rozendjipt (Q078p Wellen)
|
[ZND 35 (1941)]
I-7
|