e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Wellen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rode koe rode koe: roi̯ [koe] (Wellen) Zie voor de fonetische documentatie van (koe) het lemma ''koe'' (3.3.1). [N 3A, 124] I-11
rode koe met geheel witte kop witkop: wetkǫp (Wellen) [N 3A, 125a] I-11
rode kool rode kabuis: rode kabuis (Wellen), rode kool: rode kool (Wellen), roi køͅl (Wellen), rooie koal (Wellen, ... ), rooikuul (Wellen) rode kool [ZND 34 (1940)] || Rode kool (als plant of gewas) [Goossens 1b (1960)], [Lk 05 (1953)], [ZND 34 (1940)] I-7, III-2-3
roep bij verstoppertje spelen muisjepiep: u of oe  muskepiep (Wellen) Wat roepen de kinderen als ze verborgen zijn? [ZND 06 (1924)] III-3-2
roep- en lokwoord voor de kip tjiep: tjip (Wellen), tsjiep, tjsiep: tšep, tšep (Wellen) Naast de verschillende roepwoorden kan men de kippen ook lokken door een zuigend klappend geluid te maken met de tong tegen de tanden (P 176 (Sint-Truiden)) of door te fluiten (Q 2 (Hasselt)). [N 19, 44a; L 47, 9a; A 6, 2b; A 6, 2a; VC 14, 2n -r-; Vld.; L B2, 259a; monogr.] I-12
roep- en lokwoord voor een big kuus, kuus, kuus: kuš, kuš, kuš (Wellen), tie, tie, tie: ti, ti, ti (Wellen), tjoek: tjuk (Wellen), zoek: suk (Wellen) Roep- en lokwoord voor een big. Iets roepen kan ook vervangen worden door een smakkend geluid te maken of door te klakken met de tong. [N 19, 11b; VC 14, 2d r; monogr.] I-12
roep- en lokwoord voor het kuiken kloek: kluk (Wellen), kloek, kloek: kluk, kluk (Wellen), tsjiep, tsjiep, tsjiep: tšep, tšep, tšep (Wellen) [N 19, 44b; A 6, 2c; L 47, 9b; VC 12 2o -r-; monogr.] I-12
roep- en lokwoord voor het varken kuus, kuus, kuus: kus, kus, kus (Wellen), kuš, kuš, kuš (Wellen) In plaats van kuus roepen klakt men ook wel met de tong. [N 19, 11a; VC 14, 2c (r] I-12
roep- en lokwoorden voor het lam lem, lem, lem: lęm, lęm, lęm (Wellen) [N 19, 74b; VC 14, 2k (R] I-12
roep- en lokwoorden voor het schaap lem, lem, lem: lęm, lęm, lęm (Wellen) [N 19, 74a; VC 14, 2j (R] I-12