20962 |
selderij |
selderie:
seͅldəri (Q078p Wellen)
|
[Goossens 1b (1960)]
I-7
|
19778 |
sering |
lammerstaart:
-
lamme(r)staart (Q078p Wellen, ...
Q078p Wellen),
Komt voor in WLD III, Flora; daar ontbreekt het ZND materiaal; aan ZND 02 is hier toegevoed het materiaal van ZND 15 (1930), 022
lammerstet (Q078p Wellen)
|
sering || Syringa vulgaris, Fr. Lilas [ZND 02 (1923)]
I-7, III-4-3
|
19866 |
servet |
servet:
sərveͅt (Q078p Wellen)
|
servet [ZND m]
III-2-1
|
21256 |
servituut |
vaart:
voët (Q078p Wellen)
|
Hoe heet een weg, die vanaf de straat toegang geeft tot een akker, die anders niet zou te bereiken zijn? [ZND 37 (1941)]
III-3-1
|
33526 |
siererwt |
reukerwten:
riekejette (Q078p Wellen)
|
I-7
|
20879 |
sigaar |
sigaar:
sigaar (Q078p Wellen)
|
sigaar [ZND 32 (1939)]
III-2-3
|
24242 |
sijs |
sijsje:
sèske (Q078p Wellen, ...
Q078p Wellen),
vdBerg; omgesp.
sēskə (Q078p Wellen)
|
sijs [ZND 06 (1924)], [ZND m] || sijs (12 groenig, maar man heeft zwart petje en sikje; alleen trek- en wintervogel, dan in dichte danszwermen, meest bij elzen; zeer geliefde kooivogel [N 09 (1961)]
III-4-1
|
17752 |
sik |
bokkenbaardje:
bokkebaodje (Q078p Wellen)
|
Een sikje (puntig baardje aan de kin). [ZND 06 (1924)]
III-1-1
|
28694 |
sikkel |
zichel:
zixǝl (Q078p Wellen),
zikkel:
zikǝl (Q078p Wellen),
zī.kǝl (Q078p Wellen)
|
Werktuig in de vorm van een halve cirkel met een korte steel dat gebruikt wordt om gras en soms ook wel graan te maaien. In Noord Ned. Limburg is herhaaldelijk opgemerkt: "zelden in handen van boeren ... het is een typisch vrouwengereedschap" (L 270). [N 11, 88; N 18, 79; JG 1a, 1b, 2c; A 4, 28 en 28a; A 14, 7 en 11; A 23, 16.2; L 20, 28; L 42, 46; L 45, 11; Lu 1, 16.2; NE 2, 1; Wi 51; monogr.; add. uit N Q, 11c]
I-5
|
20791 |
sinaasappel |
appelsien:
appelsien (Q078p Wellen)
|
sinaasappel [ZND 40 (1942)]
III-2-3
|