e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Wellen

Overzicht

Gevonden: 4045
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zwijgen zwijgen: ich sal mer zwège (Wellen) Ik zal maar zwijgen. [ZND 08 (1925)] III-3-1
zwik van de wagen zwik: zwek (Wellen) De dwarsbalk die de vorkhouten onder de bak van de langwagen met elkaar verbindt. [N 17, 42 + 44d; N G, 70f; JG 1b; monogr] I-13
zwoegen fel werken: ich hub moëte feël wèrke (Wellen) Ik heb moeten zwoegen. [ZND 08 (1925)] III-1-4
zwoord zwaard: zwāō-s (Wellen), zwōͅs (Wellen) zwoerd [Goossens 1b (1960)] || zwoerd (harde rand van een snede spek) [ZND 08 (1925)] III-2-3
één frank frank: den è:nkomprè-s is enne frank (Wellen), ps. omgespeld volgens Frings.  eͅnə fraŋ (Wellen) 1 franc, een ~ (wit metaal) [N 21 (1963)] || De toegangsprijs is een frank. [ZND 36 (1941)] III-3-1