e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Wellen

Overzicht

Gevonden: 4045
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
drijftol konkernol: koenkernol (Wellen, ... ), koͅŋkərnul (Wellen), /  koenkernol (Wellen, ... ) / [SND (2006)] || Drijftol (speeltuig door middel van een zweep door kinderen gedreven). [ZND 16 (1934)] || Drijftol. [ZND 01 (1922)] || Hoe noemt men het kinderspeelgoed dat paddestoel- of kegelvormig is en dat met een zweep wordt voortgedreven? [Lk 03 (1953)] III-3-2
dringen dringen: drĕinge (Wellen), dryngen (Wellen), drènge (Wellen), stompen: stoumpe (Wellen) niet dringen ! [ZND 33 (1940)] III-1-2
drinkbak voor de koeien krib: krep (Wellen) Uit een aantal benamingen wordt niet duidelijk om welke soort van drinkbak het gaat: los of vast, ouderwets of modern. Andere benamingen geven aan uit welk materiaal de bak vervaardigd is. [L 38, 33; monogr.; add. uit N 5A, 37a; A 10, 10] I-6
drinkbeker jatte (fr.): žats (Wellen), stenen pint: stēi̯nə pint (Wellen), stenen pot: niet zeker dit woord  stɛine poͅt (Wellen) drinkbeker, aarden of stenen ~; inventarisatie benamingen; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] III-2-1
drinken bij de zeug zuiken: sōukǝ (Wellen), zǭkǝ (Wellen) Het zuigen of drinken bij de zeug, gezegd van de big. [N 19, 21a] I-12
drinkglas glas: glās (Wellen), glōͅs (Wellen), mv. ~\\(r)  gloͅəs (Wellen), pint: pē̞.i̯nt (Wellen), mv. ~\\  pent (Wellen) drinkglas [RND] || drinkglas zonder voet [N 20 (zj)] || glas [ZND 35 (1941)] III-2-1
drinkglas met voet kapper: mv. ~s  kāpər (Wellen), kappertje: kapərkə (Wellen) drinkglas met een voet (kapper, kopper(tje)) [N 20 (zj)] III-2-1
drinkkuil in de wei drinkplaats: drinkplaats (Wellen), poel: puǝl (Wellen) Een kuil in het weiland met drinkwater voor het vee. De woordtypen drinkput en put duiden op een put gemaakt van cementen ringen. [N 14, 70; A 21, 1h; monogr.] I-8
droesem dras: verzamelfiche, ook mat. van ZND 1a-m  dra-es (Wellen), zaksel: verzamelfiche, ook mat. van ZND 1a-m  zaksel (Wellen) droesem [ZND 23 (1937)] III-2-3
droge koe muntige koe: myntǝgǝ kǭ (Wellen) Koe die geen melk meer geeft maar toch niet drachtig is. [N 3A, 73] I-11