e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Wellerlooi

Overzicht

Gevonden: 1874
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gesneden vrouwelijk varken kween: kwē̜n (Wellerlooi) Uit de antwoorden blijkt dat gelt verschillende betekenissen kan hebben. Er zijn informanten (K 278, L 421, 422, 423, Q 197, 211) die zeggen dat het snijden van een vrouwelijk varken ter plekke onbekend is. Het onvruchtbaar maken bestond uit het doorknippen van de eileiders. [N 19, 9; A 4, 4c; L 20, 4c; L 37, 49e; JG 1b; L 37, 49f; monogr.] I-12
gesp gespel: schoen met enne gaaspel (Wellerlooi) gesp [schoenen m.e. ~ ] [SGV (1914)] III-1-3
getob; tobben gemartel: gemartel (Wellerlooi, ... ) gemartel [SGV (1914)] III-1-4
getrouwde vrouw getrouwde vrouw: gətròwdə vròw (Wellerlooi) getrouwde vrouw; een - - moet kunnen naaien [RND] III-2-2
getuigen getuigen: getuuge (Wellerlooi) getuigen [SGV (1914)] III-3-1
gevangenis gevangenis: gevengenis (Wellerlooi) gevangenis [SGV (1914)] III-3-1
geven geven: gêve (Wellerlooi) geven [SGV (1914)] III-1-2
gevoelig (zijn) gevoelig: gevulig (Wellerlooi) gevoelig [SGV (1914)] III-1-1
gewas gewas: gǝwas (Wellerlooi) Collectief voor hetgeen verbouwd of geteeld wordt op het veld. [L 1, a-m; S 20; monogr.] I-4
gewelf gewerfsel: gǝwø̜rǝfsǝl (Wellerlooi) Gebogen vlak, samengesteld uit bakstenen, dat de overdekking vormt van een ruimte die wordt omsloten door muren of pijlers. Zie ook de lemmata 'Troggewelf' en 'Tongewelf'. [S 10; L 1 a-m; L 24, 12; N 79, 18; monogr.] II-9