19312 |
angst |
angst:
engst (L215a Wellerlooi)
|
angst [SGV (1914)]
III-1-4
|
33621 |
anjelier |
grasviolet:
grasfilet (L215a Wellerlooi)
|
[DC 17 (1949)]
I-7
|
21251 |
anker |
anker:
ānker (L215a Wellerlooi)
|
anker [SGV (1914)]
III-3-1
|
21294 |
armoedig |
armoedig:
ermoejjig (L215a Wellerlooi)
|
armoedig [SGV (1914)]
III-3-1
|
22897 |
aswoensdag |
asselegoensdag:
Asselegoensdag (L215a Wellerlooi)
|
Aschwoensdag [SGV (1914)]
III-3-3
|
20582 |
avondmaal |
avondeten:
aoventaete (L215a Wellerlooi)
|
de laatste maaltijd van de dag (verschil tussen zomer en winter [N 06 (1960)]
III-2-3
|
18282 |
baalschort |
baal:
indien gemaakt van juten zak
baal (L215a Wellerlooi),
baalscholk:
indien gemaakt van juten zak
baalschòllek (L215a Wellerlooi)
|
zijn er verschillende namen voor verschillende soorten van deze kledingstukken ? [DC 15 (1947)]
III-1-3
|
22321 |
baantje glijden op het ijs |
slibberen:
slibbere (L215a Wellerlooi)
|
glijden [SGV (1914)]
III-3-2
|
17584 |
baard |
baard:
baard (L215a Wellerlooi),
bārt (L215a Wellerlooi)
|
baard [DC 01 (1931)] || De hoeveelheid bijen die vlak voor het zwermen rond het vlieggat ligt. [N 63, 30b]
II-6, III-1-1
|
20551 |
babbelaar |
babbelaar:
bebbeler (L215a Wellerlooi)
|
babbelaar [SGV (1914)]
III-2-3
|