25153 |
ijs (alg.) |
ijs:
ies (Q201p Wijlre, ...
Q201p Wijlre)
|
ijs [DC 03 (1934)]
III-4-4
|
18913 |
ijver |
ijver:
iever (Q201p Wijlre)
|
toewijding aan zijn werk [ijver, iever] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
18914 |
ijverig |
ijverig:
ieverig (Q201p Wijlre)
|
met ijver vervuld [ijverig, nijver, nijverig, noest, vlijtig, grif] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
18870 |
ijzen |
gruwelen:
grüwele (Q201p Wijlre)
|
vervuld worden van afgrijzen, iets heel erg afschuwelijk vinden [ijzen, schruwen, grijzelen, grillen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
32767 |
ijzeren eg |
ijzeren [eg]:
īzǝrǝ [eg] (Q201p Wijlre
[(vierkant)]
)
|
De drie- of vierhoekige eg waarvan zowel het geraamte als de tanden van ijzer waren; zie afb. 55 en 56. Waar zulk een eg als onkruideg en/of als zaadeg diende, is vermeld in de betrokken lemmata verderop. De vorm die de ijzeren eg ter plaatse kon hebben, is hieronder voorgesteld door de tekens ∆ en vierkant. Voor ''eg'' en ''eg'' zie men de toelichting bij het lemma ''eg''.' [JG 1a + 1b add.; N 11, 70 + 71 + 72 add.; N 11A, 161; N J, 10; A 13, 16b; monogr.]
I-2
|
32907 |
ijzeren gaffel, oogstgaffel |
gaffel:
gafǝl (Q201p Wijlre),
hooigaffel:
[hooi]gafǝl (Q201p Wijlre),
oogstgaffel:
ǫu̯xs˲gafǝl (Q201p Wijlre)
|
Twee- of drietandige ijzeren vork, met lange, enigszins gebogen tanden en een lange houten steel, gebruikt om hooi of korenschoven op te steken en op de wagen te laden. Zie afbeelding 10, b. Voor het voorkomen van de term riek en van varianten van het type gāfel, zie de toelichting bij het lemma ''houten gaffel''. Voor de fonetische documentatie van het woorddel (hooi) zie het lemma ''hooi''.' [N 18, 27; JG 1a, 1b; A 28, 2; L 1 a-m; L 16, 18a; L B2, 241; Lu 6, 2; S 9; Wi 3; Av 1 III 5a, b; monogr.]
I-3
|
21334 |
illustratie |
prentje:
printje (Q201p Wijlre)
|
een plaatje, prentje, afbeelding [beeldeke] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
18935 |
in alle haast |
op de hapsnap:
op der hap sjnap (Q201p Wijlre)
|
in heel grote haast [hap, snap] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
17846 |
in beweging komen |
(zich) bewegen:
sich bewège (Q201p Wijlre)
|
beweging, In ~ komen (meutelen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
20442 |
in de doodskist leggen |
inkisten:
ikiste (Q201p Wijlre)
|
een dode in de doodskist leggen [lichteren, kisten] [N 87 (1981)]
III-2-2
|