e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Wintershoven

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
varkensvet veervet: viɛrveͅt (Wintershoven), wit vet: witfeͅt (Wintershoven) gesmolten vet [Goossens 1b (1960)] III-2-3
vaste boord bandje: bēͅntšə (Wintershoven) kraag, vaste halsboord van een overhemd [N 23 (1964)] III-1-3
vaste uitwerpselen keutelen: kø̄.tǝlǝ (Wintershoven), stront: stro.nt (Wintershoven) Vaste uitwerpselen van vee. [JG 1a, 1b; A 9, 24e; A 9, 28c; monogr.] I-11
vat half vat: ha.lǝf ˲vǭǝt (Wintershoven  [(10 kg)]  ), heel vat: hęjl vǭǝt (Wintershoven  [(20 kg)]  ) Graanmaat. Naar gelang de streek kan de inhoud van een vat verschillen. Voor zover door de invullers opgegeven, is achter het plaatscodenummer tussen ronde haken het aantal kiloɛs vermeld.' [JG 1b; JG 1c; JG 2c; Jan 141; Coe 263; Grof 288; monogr.] II-3
vechthaan soorthaan: sorthǭǝnǝ (Wintershoven) Haan in de regel van een bijzonder ras, die afgericht wordt voor hanengevechten. Hanengevechten zijn een Haspengouwse specialiteit. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; monogr.] I-12
veearts artist: ártis (Wintershoven) [JG 1a, 1b; Vld.; monogr.] I-11
veel te grote schoen bootje: bo:tjəs (Wintershoven), plakspaan: [sic]  plakspoͅənə (Wintershoven), Te grote. [sic]  plakspoͅənə (Wintershoven) schoen, veel te grote ~ [affeseersjoon] [N 24 (1964)] || schoen: spotbenamingen [N 24 (1964)] III-1-3
veel te wijde broek polderbroek: pōͅldərbrūk (Wintershoven) broek, veel te wijde ~ [flodderboks] [N 23 (1964)] III-1-3
veenachtig, moerassig, laaggelegen land beemd: bɛm (Wintershoven) Naast de enqu√™tevragen I, 4 ("Hoe noemt men een moerassige wildernis met struikgewas en bomen?") en II, 9 ("Hoe noemt men veenachtig, moerassig land?") zijn in dit lemma ook verwerkt de opgaven van N 27, 20 (Hoe noemt men een moeras, de natte, weke grond zonder behoorlijke afwatering?") en monografische gegevens. Uit dergelijk moerasachtig, laaggelegen land wordt de tussenturf gewonnen. De opgaven suggereren wellicht dat in al de genoemde plaatsen tussenturf werd gestoken. Dat is zeker niet het geval geweest. De mogelijkheid tot het steken van deze turf was daar wel aanwezig. Vergelijk dit lemma met het lemma ''veen, moergrond, stuk niet ontgonnen hei of woeste grond''. De bronnenopgave is daar echter anders. [I, 4; II, 9; N 27, 20; monogr.] II-4
veengrond, stuk niet ontgonnen hei of woeste grond wildernis: wildǝrnis (Wintershoven) Een stuk grond waarop het mogelijk is een bepaald soort turf te steken. [I, 3; N 27, 4a; N 27,18a; S 39] II-4