e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Zelem

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
puthaak putsikse: pøtseksə (Zelem) [N 12 (1961)] I-7
putzwengel sikse: seksə (Zelem, ... ) [N 12 (1961)] [ZND 32 (1939)] I-7
pyjama pyjama {piama}: pizəma (Zelem), pəžəma (Zelem) pyjama, tweedelig nachtkostuum [N 25 (1964)] III-1-3
raadsel(tje) geraadsel(tje): graoitsel (Zelem) Een raadsel. [ZND 06 (1924)] III-3-2
raam venster: vinstǝr (Zelem  [(+)]  ) Zie kaart. Een van glas voorziene opening waardoor het buitenlicht naar binnen valt. In het onderzoeksgebied worden de woorden 'venster' en 'raam' ook wel gebruikt voor de houten of metalen omlijsting waarin de vensterruit wordt geplaatst. In het Standaardnederlands zijn de woorden 'raam', 'venster' en 'glas' onzijdig, in de meeste Limburgse dialecten echter vrouwelijk. Wanneer door de invullers nadrukkelijk een vrouwelijk genus werd opgegeven, is achter de betreffende plaatscode een (+) opgenomen. [N 55, 37; RND 49; A 46, 10a; L mon.; monogr.; Vld.] II-9
raamwerk geraamte: gǝramtǝ (Zelem) Het gehele timmergeraamte van verticale en horizontale balken. [N 4A, 52f; N 31, 45b; monogr.; N 4A, 52e] II-9
raapzaadolie raapsmout: ropsmāt (Zelem) De olie die uit raapzaad wordt geslagen. Zie de toelichting bij het lemma Koolzaadolie. Bomolie is de olie die uit de eerste slagen van de molen wordt verkregen; ze is van goede kwalitetit en wordt als slaolie gebruikt. Bij de typen lijzend, lijzendsmout en lijzentesmout is uitdrukkelijk opgemerkt dat het om raapolie gaat. Bij de opgave raapzaad is uitdrukkelijk opgemerkt dat het om olie gaat. [JG 1a, 1b; monogr.] I-5
raat wasraat: wasrōwǝt (Zelem  [(in kas)]  ), wasschijf: (mv)  wassxę̄vǝ (Zelem  [(in kaar)]  ) Een raat is een schijf gevormd door twee lagen met de rug tegen elkaar liggende zeszijdige cellen. Ze wordt door de bijen gemaakt voor het opkweken van de larven en voor het opbergen van honing in de winter. Het bouwsel is van was. [N 63, 13a; L 1a-m; S 3; A 25, 10; JG 1a+1b; JG 2b-5, 3; Ge 37, 53; monogr.] II-6
ragebol halve maan: haləfmoͅən (Zelem) ragebol, bolvormige borstel waarmee spinnewebben worden verwijderd [N 26 (1964)] III-2-1
rammelaar rijder: rēͅər (Zelem) rammelaar, mannetje konijn [Goossens 1b (1960)] III-2-1