e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Zelem

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rode koe rode: ruǝ (Zelem) Zie voor de fonetische documentatie van (koe) het lemma ''koe'' (3.3.1). [N 3A, 124] I-11
rode koe met geheel witte kop witkop: wetkǫp (Zelem) [N 3A, 125a] I-11
rode kool rode kool: ruə kyəl (Zelem) Rode kool (als plant of gewas) [Goossens 1b (1960)] I-7
roep- en lokwoord voor de kip tik, tik, tik: tek, tek, tek (Zelem) Naast de verschillende roepwoorden kan men de kippen ook lokken door een zuigend klappend geluid te maken met de tong tegen de tanden (P 176 (Sint-Truiden)) of door te fluiten (Q 2 (Hasselt)). [N 19, 44a; L 47, 9a; A 6, 2b; A 6, 2a; VC 14, 2n -r-; Vld.; L B2, 259a; monogr.] I-12
roep- en lokwoord voor een big kuus, kuus, kuus: kuš, kuš, kuš (Zelem) Roep- en lokwoord voor een big. Iets roepen kan ook vervangen worden door een smakkend geluid te maken of door te klakken met de tong. [N 19, 11b; VC 14, 2d r; monogr.] I-12
roep- en lokwoord voor het kuiken tsjiep, tsjiep, tsjiep: tšip, tšip, tšip (Zelem) [N 19, 44b; A 6, 2c; L 47, 9b; VC 12 2o -r-; monogr.] I-12
roep- en lokwoord voor het varken kuus, kuus, kuus: kuš, kuš, kuš (Zelem) In plaats van kuus roepen klakt men ook wel met de tong. [N 19, 11a; VC 14, 2c (r] I-12
roep- en lokwoorden voor het schaap lem, lem, lem: lęm, lęm, lęm (Zelem) [N 19, 74a; VC 14, 2j (R] I-12
roeper roeper: ps. omgespeld volgens Frings.  rūpər (Zelem) afslager: Hoe heet bij de openbare verkoping van goederen degene die de verkoping leidt [afslager, uitroeper, roeper?] [N 21 (1963)] III-3-1
roepwoord om de klokhen te lokken kloek, kloek, kloek: kluk, kluk, kluk (Zelem) [N 19, 44c; A 6, 2c] I-12