e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Zie mijnen

Overzicht

Gevonden: 436
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wentelkoker caracole: karakǫl (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Laura, Julia]), kęrǝkol (Zie mijnen  [(Beringen / Houthalen / Waterschei)]  [Winterslag, Waterschei]), descenseur: descenseur (Zie mijnen  [(Zwartberg / Winterslag / Eisden)]  [Beringen, Winterslag]), spiraalton: sperālton (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Eisden]), virole: verǫl (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg)]  [Zwartberg, Winterslag, Eisden]), vǝrol (Zie mijnen  [(Zolder / Winterslag)]  [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg]), wentelkoker: wɛntǝlkōkǝr (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Zwartberg, Eisden]) Verticale cylindrische buis met spiraalvormige platen. De wentelkoker wordt gebruikt voor het vervoer van kolen en stenen van boven naar beneden in op- en neerbraken en tussenschachten. De invuller uit Q 15 merkt daarover voor de mijn Maurits op dat de kolen of stenen die boven in de wentelkoker werden gestort, er onder met dezelfde snelheid weer uitkwamen. [N 95, 838; monogr.; Vwo 213; Vwo 725; Vwo 833; Vwo 858] II-5
werk, arbeid rabota: rabǫta (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Emma]) Het woord "rabota" is volgens Vanwonterghem (pag. 185) afkomstig van Russische krijgsgevangenen die in de Tweede Wereldoorlog in de Limburgse mijnen te werk gesteld waren. De term werd nadien niet veel meer gebruikt. [Vwo 643] II-5
werkboek boek: buk (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Maurits]), werkboek: wɛrkbuk (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]) Werkboekje dat iedere arbeider moet bezitten. De werkgever heeft het boekje in zijn bezit gedurende de tijd dat de arbeider in zijn dienst is. Hij duidt er nauwkeurig in aan wanneer de werknemer in dienst treedt en wanneer hij de dienst verlaat (Vanwonterghem pag. 69). [Vwo 146; Vwo 859] II-5
werkplaats atelier: atǝljē (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Zolder]) [N 95, 10] II-5
werkvloer onderste schietbelen: onderste schietbelen (Zie mijnen  [(Zwartberg)]  [Maurits]), plancher: plancher (Zie mijnen  [(Houthalen / Waterschei)]  [Domaniale]), schietbalken: schietbalken (Zie mijnen  [(Zolder)]  [Zwartberg]), werkplancher: werkplancher (Zie mijnen  [(Eisden)]  [Houthalen, Waterschei]), werkvloer: werkvloer (Zie mijnen  [(Beringen / Winterslag)]  [Eisden]) De vloer die bij de aanleg van een opbraak onder de veiligheidsvloer wordt aangebracht, om, wanneer er geschoten wordt, het gereedschap op te bergen en beschutting achter te zoeken. Zie ook de semantische toelichting bij het lemma Veiligheidsvloer. [monogr.] II-5
wig bouwkijl: bǫwkiǝl (Zie mijnen  [(Domaniale)]  [Domaniale]), cale: kal (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Maurits]), spie/splj: spi (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Zwartberg, Eisden]) Taps toelopend houten blok dat wordt gebruikt om bijvoorbeeld ijzeren ondersteuningen of schudgootmotoren vast te zetten. Het woordtype "bouwkijl" werd op de Domaniale mijn gebruikt voor een wig in galerij-ondersteuningen. [N 95, 346; N 95, 347; N 95, 332; monogr.; Vwo 209; Vwo 724] II-5
winnen afbouwen: af˱bǫwǝ (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Maurits]), afpijleren: afpęjlǝrǝ (Zie mijnen  [(Maurits)]  [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]), afstreben: āfštrēbǝ (Zie mijnen  [(Domaniale / Laura / Willem-Sophia / Oranje-Nassau II / Oranje-Nassau III / Emma / Maurits)]  [Domaniale]), ontginnen: ont˲genǝ (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]), winnen: wenǝ (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Maurits]) Een steenkoollaag ontginnen. [N 95, 201; monogr.; Vwo 28; Vwo 562; Vwo 863; div.] II-5
winning abattage: abatāš (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Zwartberg, Waterschei]), afbouw: af˱bǭw (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), āfbǫw (Zie mijnen  [(Domaniale / Laura / Willem-Sophia / Oranje-Nassau II / Oranje-Nassau III / Emma / Maurits)]  [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]), afbouwwerken: af˱bǭwwęrkǝ (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]), exploitatie: ɛksplwatāsi (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]), ontginning: ontgeneŋ (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]), winning: wɛneŋ (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]) De werken die rechtstreeks betrekking hebben op het winnen van de kolen, dit in tegenstelling tot de voorbereidende en ontsluitende werken. [N 95, 201; N 95, 172; Vwo 19; Vwo 25; Vwo 32; Vwo 316; Vwo 563; Vwo 864] II-5
winningsdruk afbouwdruk: af˱bǭwdrøk (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Domaniale, Emma]) Druk in het gesteente ten gevolge van de ontginning van koollagen. [Vwo 27] II-5
wissel bretel: brǝtęl (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Julia]), dubbele wissel: døbǝlǝ wesǝl (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]), liaison: lijęsõ̜ (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]), symétrique: simę̄trek (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]), wissel: wesǝl (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]) Inrichting om van spoor te wisselen. De "symétrique" die men in de Belgische mijnen kent, is een wisseltype waarbij de aftakkende sporen zich symmetrisch van elkaar verwijderen. Een "dubbele wissel" of "bretel" vormt een dubbele verbinding tussen twee parallel aan elkaar verlopende sporen. De opgave "kattenpoekel" van de respondent uit Q 121a werd op de mijn Julia gebruikt voor een patentwissel die enigszins bol stond waardoor mijnwagens uit eigen beweging naar een enige meters verwijderde laadbak rolden. [Vwo 195; Vwo 295; Vwo 476; Vwo 764; Vwo 867; monogr.; N 95, add.] II-5