e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=K361p plaats=Zolder

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
teellid pin: pen (Zolder), schacht: sxaxt (Zolder), zwing: zweŋ (Zolder) Penis of roede. [JG 1a, 1b; N 8, 36, 37a en 37b] I-9
teelzak bors: bǫrs (Zolder), zak: zak (Zolder) [JG 1a, 1b; N 8, 36, 37a, 37b en 38] I-9
tegen de bal schoppen sjotten: Wdl. [der Nederlandse Taal] sjotten.  sjótte (Zolder) 1. Voetballen. III-3-2
tegenwind wind op de snuit: Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!  de wi.nt récht óp e snóó.t (Zolder), wind op kop: Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!  tès hémme wi.nt óp kóp (Zolder), ze hémme wi.nt óp kóp (Zolder) Hoe zegt men: de duiven vliegen met de wind tegen? [N 93 (1983)] III-3-2
tepel deem: dēm (Zolder), ereteken: é.retekes (Zolder), tet: tɛt (Zolder) [L 49, 6b; A 30, 6b; Ge 1, 6b]borsttepels [N 10c (1995)] || Deem, speen, borst. [A 30, 6e; L 49, 6e; N 8, 39a, 39b en 40] I-12, I-9, III-1-1
tepel van een geit deem: dēm (Zolder) [L 49, 6c; A 30, 6c; Ge 1, 6c; monogr.] I-12
tepel, tet tet: tęt (Zolder), tɛt (Zolder), teutel: tø̄.tǝl (Zolder) Het afzonderlijk melkgevend orgaan van het varken of de tepel. [N 19, 19a; JG 1a, 1b; L 49, 6d; A 30, 6d; G 1, 6d; monogr.] I-12
tergal tergal: tɛrgal (Zolder) Synthetische vezel bereid uit chemische grondstoffen, die o.a. worden vervaardigd uit steenkool en petroleum. [N 62, 75c; N 59, 201] II-7
term bij verstoppertje add. opblijven: ópblèè.ve (Zolder) 2. (Bij het verstoppertje spelen) op de uitkijk staan, waken. III-3-2
terreinomheining afspanning: ā.fspaneŋ (Zolder  [(Zolder)]   [Domaniale]) [N 95, 38a] II-5