28720 |
kleinwerken |
prulletjes maken:
prølǝkǝs mākǝ (K361p Zolder)
|
Het maken van kleine kledingstukken zoals broeken en vesten. [N 59, 194a]
II-7
|
18626 |
klep (van pet) |
klep:
kløp (K361p Zolder)
|
klep van een pet [luif, luifel] [N 25 (1964)]
III-1-3
|
18200 |
klepbroek |
broek bet een klep:
brok beͅ ən klɛp (K361p Zolder)
|
een broek met een sluitklep aan de voorkant [N 59 (1973)]
III-1-3
|
23215 |
klepel |
klepel:
də klepəl van ən klok (K361p Zolder)
|
De klepel van de klok. [ZND 28 (1938)]
III-3-3
|
21353 |
kletsen |
semmelen:
Van Dale: semmelen, (gew.) 1. treuzelen, dralen, talmen; -2. wauwelen, zeuren; -3. brommen, mopperen.
semmelen (K361p Zolder),
zeveren:
hei es wir ānt zivərən (K361p Zolder),
Van Dale: zeveren, (gew.), 2. flauwe praat verkopen; -zaniken.
ziveren (K361p Zolder)
|
Hoe zegt ge "hij vertelt onnoozelen praat (of leugens)"? [ZND 40 (1942)] || praten, klappen, kallen [ZND 36 (1941)] || zij praten, kletsen, babbelen de hele dag [ZND 41 (1943)]
III-3-1
|
21549 |
kletsen [onnozele praat vertellen] |
flauwe zever vertellen:
hè vertelt flooe ziever (K361p Zolder),
onnozele praat vertellen:
hè vertelt onnuzele praot (K361p Zolder)
|
Hoe zegt ge "hij vertelt onnoozelen praat (of leugens)"? [ZND 40 (1942)]
III-3-1
|
33997 |
kletsoor |
klatsoor:
kladzūr (K361p Zolder)
|
Dun eindje touw of leer aan het uiteinde van het snoer van de zweep dat bij het slaan een knallend geluid maakt. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; N 13, 95c; L B2, 245; L 8, 142; R 14]
I-10
|
25029 |
kleurx |
kleur:
klør (K361p Zolder, ...
K361p Zolder)
|
kleur [ZND 01 (1922)], [ZND 28 (1938)]
III-4-4
|
18065 |
klierziekte |
amandelen:
De meeste informanten vertalen enkel het zinnetje hij heeft klieren (in de hals) zonder een speciale benaming voor deze klieren op te geven.
amandəls (K361p Zolder),
sint-markoen:
sintemarcoen (K361p Zolder)
|
hij heeft klieren (in de hals). Bestaat hiervoor een speciale volksnaam ? [ZND 28 (1938)] || koningszweer (kliergezwellen aan de hals, ook St-Marcoen geheten, Fr. scrofules) [ZND 05 (1924)]
III-1-2
|
17893 |
klieven |
klieven:
klieven (K361p Zolder),
van hout
klie.ve (K361p Zolder)
|
Vaneen scheiden (klieven, kloven, splijten, splitsen, (scheiden))\\ [N 108 (2001)]
III-1-2
|