| 27193 |
dwarsligger |
sousguide:
(mv)
sugīdǝ (K361p Zolder
[(Zolder)]
[Eisden])
|
Houten of ijzeren dwarsligger waarop de spoorstaven worden bevestigd. De vormen "sousguide" en "travers" worden in de Belgische mijnen voornamelijk ondergronds gebruikt, terwijl men bovengronds meestal van "bille" spreekt (Vanwonterghem pag. 202). [N 95, 709; monogr.; Vwo 132; Vwo 300; Vwo 722; Vwo 790]
II-5
|
| 18405 |
eau de cologne |
reukwater:
reukwaoter (K361p Zolder)
|
Eau de cologne. Reukwater, eau de cologne [lodderijn] [N 114 (2002)]
III-1-3
|
| 18101 |
eczeem |
uitslag:
uitslaag (K361p Zolder)
|
Eczeem: jeukende huiduitslag met blaren, roodheid, vochtafscheiding, korsten en schilfers (eczeem, uitslag, (haar)worm). [N 107 (2001)]
III-1-2
|
| 24436 |
eekhoorn |
eekhoorntje:
ook ZND 02, 008
iekkereke (K361p Zolder)
|
eekhoorn [ZND 01 (1922)]
III-4-2
|
| 33803 |
eeltwrat, zweelwrat |
wrat:
vrat (K361p Zolder)
|
Wratvormige uitwassen (zweel = eelt) binnenwaarts aan de hoofdschenkels van voor- en achterpoten. Ze zijn, net als de vingerafrukken bij de mens, volkomen individueel. Men veronderstelt dat ze overblijfselen van een extra teen of aanhangsel zijn. Zie afbeelding 2.27. [A 4, 2e; L 20, 2e; N 8, 32.1, 32.3, 32.4, 32.13, 32.15 en 32.16]
I-9
|
| 20145 |
een blauwtje lopen |
het is af:
’t is af (K361p Zolder),
hij heeft zijn opzeg gekregen:
scherts.
hie hee.t zènen ópzeg gekree.ge (K361p Zolder),
ze heeft hem afgedankt:
ze hee.t hum aafgedánkt (K361p Zolder),
ze heeft hem wandelen gestuurd:
ze hee.t hum wa.ndele gestuurd (K361p Zolder)
|
Als een jongen door een meisje wordt afgewezen zegt men wel: hij heeft een blauwtje gelopen. Kent u voor dit feit in uw dialect een andere uitdrukking? [N 115 (2003)]
III-2-2
|
| 29084 |
een bochel inwerken |
de jas naar een bult snijden:
dǝ jas nuǫ nǝ bø.lt snęjǝ (K361p Zolder),
een bult in de jas snijden:
nǝ bø.lt en ǝ jas snęjǝ (K361p Zolder),
instrijken:
instrijken (K361p Zolder)
|
Een bochel in een jas werken door middel van het knippen van het patroon of door strijken of persen. [N 59, 89]
II-7
|
| 20941 |
een boterham smeren |
een snee bereiden:
ən snē brē̞ən (K361p Zolder)
|
smeren [RND]
III-2-3
|
| 29088 |
een draad om het knoopsgat naaien |
stroppen:
stropǝ (K361p Zolder)
|
Een draad om het knoopsgat naaien tegen het uitrafelen. [N 59, 139]
II-7
|
| 21988 |
een duif bovenaan de deelnemerslijst zetten |
eerste inzet:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!
mènen īē(r)sten i.nzèt (K361p Zolder),
numro een:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!
mène nummerò ien (K361p Zolder)
|
een duif bovenaan die lijst zetten (om te suggereren dat ze de meeste kans maakt op een goede uitslag)? [N 93 (1983)]
III-3-2
|