| 33610 |
erf |
geleg:
gəliəx (Q001p Zonhoven),
mespelt:
məspəlt (Q001p Zonhoven),
mestput:
məspət (Q001p Zonhoven)
|
I-7
|
| 20217 |
erfenis |
erfenis:
erfenis (Q001p Zonhoven)
|
het geheel van wat iemand van een overledene krijgt [erfenis, erf] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
| 20300 |
erfgenaam |
erfgenaam:
erfgenaam (Q001p Zonhoven)
|
degene die een erfenis of een gedeelte daarvan krijgt [erfgenaam, erf] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
| 18837 |
ernstig |
gemeend:
tes xəmen’t (Q001p Zonhoven),
menens:
teͅs mēns (Q001p Zonhoven),
serieus:
sərjéús (Q001p Zonhoven)
|
ernstig || het is ernstig bedoeld; het is menens [ZND 38 (1942)]
III-1-4
|
| 33278 |
erwt, algemeen |
erwt:
ɛrt (Q001p Zonhoven),
ɛrǝt (Q001p Zonhoven)
|
Pisum L. Hier de algemene benaming voor de erwt (enkelvoud), voorafgaand aan de benaming voor de akkererwt (lemma Kapucijner, Velderwt) en aan de andere erwtensoorten (tuinerwt, doperwt, peulerwt, enz.) die in de moestuin worden gekweekt en die derhalve in de aflevering over de moestuin ter sprake zullen komen. [N 27, 2b; JG 1a, 1b; L A1, 121; L 34, 94; Wi 8; monogr.; add. uit N P, 24]
I-5
|
| 21077 |
erwten doopen |
bonen peulen:
boene pòòële: bonen peulen
boene pòòële (Q001p Zonhoven)
|
peulen
III-2-3
|
| 33579 |
erwten- of bonenranken |
draden:
drōͅət (Q001p Zonhoven)
|
I-7
|
| 24529 |
es |
es:
ès (Q001p Zonhoven),
essenboom:
èsseboem (Q001p Zonhoven),
essentak:
èssṇták (Q001p Zonhoven)
|
es || essenboom || essentak
III-4-3
|
| 24729 |
esdoorn |
es:
of ahorn, acer pseudoplatanus; fr. érable
äs (Q001p Zonhoven),
esdoorn:
of ahorn, acer pseudoplatanus; fr. érable
esdoorn (Q001p Zonhoven),
WLD
esdoorn (Q001p Zonhoven, ...
Q001p Zonhoven)
|
De esdoorn: een grote boom met dichte kroon; de twijgen zijn donkergrijs met groene knoppen; het blad is donkergroen, aan de onderzijde grijs; de bloemen staan in hangende trosvormige pluimen, terwijl de gevleugelde zaden onderling een scherpe hoek vormen [N 82 (1981)] || es, esdoorn [ZND 34 (1940)]
III-4-3
|
| 28247 |
etage |
panier:
panjīr (Q001p Zonhoven
[(Zwartberg)]
[Zwartberg, Waterschei])
|
Etage van een liftkooi. Een kooi heeft meestal vier van dergelijke etages. Volgens de invuller uit Q 202 konden op de vier Oranje-Nassaumijnen 15 man per etage en in totaal 60 man per liftkooi worden vervoerd. [N 95, 86; monogr.]
II-5
|