22756 |
ijsbaan |
sleur:
Afl. sub sleuren.
sleur (Q001p Zonhoven),
sleurbaan:
Cfr. sleuren.
sl"rbAən (Q001p Zonhoven),
Ss. sub sleuren.
sleurbaoën (Q001p Zonhoven)
|
*Sleur, glijbaan op ijs of in de sneeuw. || *Sleurbaan, glijbaan op het ijs of in de sneeuw. || *Sleurbaan: Glijbaan op ijs/sneeuw.
III-3-2
|
17942 |
ijsberen |
gejaagd lopen:
gejaogd (Q001p Zonhoven)
|
Zenuwachtig heen en weer lopen (drentelen, ijsberen, gejaagd). [N 109 (2001)]
III-1-2
|
23827 |
ijsheiligen |
ijsheiligen:
de eisheiligen (Q001p Zonhoven)
|
12-14 mei, de ijsheiligen [ieshillieje]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
20771 |
ijsje |
crme:
kriëm (Q001p Zonhoven),
crme-pje:
E kriëmken ië.te: een ijsje eten Fr. crème (à la glace)
kriëmken (Q001p Zonhoven),
toot:
Verklw. teu.teke
too.ët (Q001p Zonhoven)
|
ijshoorntje || ijsje || roomijs
III-2-3
|
31623 |
ijsnagels |
ijsnagelen:
ēǝsnē ̞ǝgǝl (Q001p Zonhoven)
|
Hoefnagels in verschillende lengtes, voorzien van beitel- of wigvormige kop, waarmee bij gladheid het hoefijzer wordt vastgezet. Zie ook afb. 234. De ijsnagel is slechts geschikt voor kortstondig gebruik. Bij langere periodes van gladheid wordt het hoefijzer voorzien van al dan niet uitneembare kalkoenen. Zie ook de toelichting bij dat lemma. Zie voor het woordtype ɛijsnagelɛ ook Limburgs Idioticon s.v. ijsnagel: "Bijzonder slach van nagels waar men de peerden meê scherp zet in den winter. Geh. Beringen."' [N 33, 367b; N 33, 371; JG 1a; JG 1b; JG 1d; JG 2b; monogr.]
II-11
|
25154 |
ijspegel |
pikkel:
pikkel (Q001p Zonhoven),
pinkel:
peŋkəls (Q001p Zonhoven),
pinkel (Q001p Zonhoven),
tinkel:
teŋkəls (Q001p Zonhoven)
|
ijskegel [ZND 36 (1941)]
III-4-4
|
18913 |
ijver |
ijver:
hie het fø̄l īvər (Q001p Zonhoven),
hije hit veul iever (Q001p Zonhoven),
īēver (Q001p Zonhoven),
îêvər (Q001p Zonhoven)
|
Hij heeft veel ijver. [ZND 36 (1941)] || ijver
III-1-4
|
25134 |
ijzel, bevroren neerslag |
ijzel:
ijzel (Q001p Zonhoven)
|
ijzel [ZND 36 (1941)]
III-4-4
|
25157 |
ijzelen |
ijzelen:
het hy(3)̄zelt (Q001p Zonhoven, ...
Q001p Zonhoven),
ps. onder de n staat nog een rondje; deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen.
hejəzəln (Q001p Zonhoven, ...
Q001p Zonhoven)
|
ijzelen [ZND 01 (1922)], [ZND 36 (1941)]
III-4-4
|
27910 |
ijzeren balk |
poutrelle:
pǝtrɛl (Q001p Zonhoven [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden])
|
IJzeren balk. Het woordtype "ijzer" kan in de Belgische mijnen zowel gebruikt worden voor een ijzeren balk als voor een uitschuifbare ijzeren stijl. Het is daarom ook opgenomen in het lemma Stijl, Stempel. [Vwo 387; Vwo 626; monogr.]
II-5
|