e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Zonhoven

Overzicht

Gevonden: 5466
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
doopkapel doopkapel: doepkapel (Zonhoven), doepkepèl (Zonhoven) De kapel achter in de kerk, waarin de doopvont zich bevindt en waar de doop voltrokken wordt [doopkapel?]. [N 96A (1989)] III-3-3
doopsuiker kinderkak: kèn’nerkák (Zonhoven) doopsuiker III-2-2
doopvont doopvont: doepfont (Zonhoven, ... ), doepvèint (Zonhoven), dupfûnt (Zonhoven), t doepvont (Zonhoven) doopvont [RND] || Doopvont. [ZND 01 (1922)], [ZND 01u (1924)] || Het bekken waarin het doopwater bewaard wordt en waarboven het kind ten doop wordt gehouden [doopvont, doopsteen, doofsjtee?]. [N 96A (1989)] III-3-3
doopwater wijwater: t weiwaoter (Zonhoven), wijjewoater (Zonhoven) Het gewijde water in de doopvont, waarmee gedoopt wordt [vont-, vunt-, vintwater, doopwater, wijwater?]. [N 96A (1989)] III-3-3
door de modder rollen plorken: plurǝkǝ (Zonhoven) [N 76, 32] I-12
door elkaar, verward verward: verward (Zonhoven) op ongeregelde wijze dooreengemengd [verward, verstreuveld] [N 91 (1982)] III-4-4
door water het lopen met schoeisel aan plenzen: plensen (Zonhoven) Met schoenen of klompen door het water lopen (dabberen, platsen, smodderen, plensen). [N 109 (2001)] III-1-2
door zwangerschap gedwongen huwelijk moetens: ’t ès mòtte(n)s (Zonhoven) moeten trouwen (zwanger) III-2-2
doordeweekse kleren alledaagse kleren: alledaogse klier (Zonhoven) De kleren die men in de week draagt. [DC 62 (1987)] III-1-3
doordeweekse mis mis in de week: més inne wéèk (Zonhoven) Een door-de-weekse mis. [N 96B (1989)] III-3-3