| 29127 |
stelknop |
staart:
start: (Q005p Zutendaal)
|
Houten schroef aan de voorzijde in het blad van de driepoot van het spinnewiel die dient om de spanning van de snaar te regelen. [N 34, B10]
II-7
|
| 32686 |
stelmechanismen aan de ploeg |
regelaar:
rɛi̯gǝlɛ̄r (Q005p Zutendaal),
veer:
vę̄r (Q005p Zutendaal)
|
Aan een ploeg zijn verschillende mechanismen of onderdelen te onderscheiden, die dienen om de diepte en breedte van de voor, alsmede de stand van de werkende delen van de ploeg te regelen. Naar de benamingen hiervoor werd niet in het hele gebied ge√Ønformeerd. Mede daarom werden de betrokken gegevens in één lemma bijeengezet. De regelende onderdelen in kwestie zijn hieronder per soort nader toegelicht. Men vergelijke het vorige lemma. [N 11, 31.IV.d; N 11, 32b; N 11A, 93b + 98a + 98d; JG 1a; monogr.]
I-1
|
| 18158 |
stelpen van bloed |
stoppen:
stoppe (Q005p Zutendaal)
|
Stelpen van bloed (struppen, stolpen, stoppen, stollen. [N 107 (2001)]
III-1-2
|
| 31317 |
stempel, leest |
doorslag:
dȳrslǭx (Q005p Zutendaal)
|
Gehard stuk staal met vierkante, rechthoekige of ronde dwarsdoorsnede dat naar onder toe in een punt uitloopt. De leest wordt met behulp van een hamer door gaten in metaal gedreven om ze groter te maken of om ze een andere vorm te geven. Zie ook afb. 55. [N 33, 278]
II-11
|
| 32971 |
stengel, steel |
steel:
stīǝ.l (Q005p Zutendaal),
stok:
stǫk (Q005p Zutendaal)
|
Stengel, als deel van een plant. [JG 1a, 1b; monogr.]
I-4
|
| 32238 |
steunhout van het hoogsel |
kramstek:
kramstɛk (Q005p Zutendaal)
|
Om de laadruimte van de karbak te vergroten, kunnen er losse hoogsels op de zijwanden geplaatst worden. Aan de zijkanten van de hoogsels zijn daartoe houten balkjes bevestigd die in op de zijwand bevestigde, metalen krammen gestoken kunnen worden. Zie ook afb. 199 en het lemma ɛhoogselɛ in wld I.13, pag. 58.' [JG, 1a]
II-12
|
| 20151 |
stiefdochter |
stiefdochter:
steefdochter (Q005p Zutendaal)
|
De dochter van een tweede man of vrouw (stiefdochter) [N 115 (2003)]
III-2-2
|
| 20340 |
stiefmoeder |
stiefmoeder:
steefmŭdder (Q005p Zutendaal)
|
De tweede man of vrouw van je moeder of vader (stiefouders) [N 115 (2003)]
III-2-2
|
| 20339 |
stiefvader |
stiefvader:
steefvader (Q005p Zutendaal)
|
De tweede man of vrouw van je moeder of vader (stiefouders) [N 115 (2003)]
III-2-2
|
| 20342 |
stiefzoon |
stiefzoon:
steefzuën (Q005p Zutendaal)
|
De zoon van een tweede man of vrouw (stiefzoon) [N 115 (2003)]
III-2-2
|