30425 |
een lambrizering aanbrengen |
de trapleuning aftimmeren:
dǝ traplø̄neŋ aftemǝrǝ (L163p Ottersum),
het geländer bekleden:
ǝt jǝlɛndǝr bǝklęjǝ (Q121c Bleijerheide),
lambrizering maken:
lambrizēreŋ mākǝ (L387p Posterholt),
panelen maken:
panēlǝ mākǝ (L385p Sint Odilienberg)
|
De afstand van leuning tot trapboom met hout betimmeren. Wanneer de ruimte tussen de smetplank en de trappeboom met houtwerk wordt gevuld, valt de lambrizering aan de bovenzijde doorgaans in een in de smetplank aangebrachte sponning en wordt zij met behulp van in de muur gemetselde klossen vastgezet. In Q 83 noemde men een betimmerde leuning een 'toeë leen' ('tǫw lē̜n') of 'volle leen' ('vǫl lē̜n'); een leuning waarvan de spijlen zichtbaar bleven heette daar een 'open leun' ('uǝpǝ lē̜n'). [N 55, 141]
II-9
|