e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
haak waarmee men de varkensnagels verwijdert bet de handen: bē dǝ hān (Wellen), brandend strobundeltje: brandend strobundeltje (Riksingen), crochet): krošę (Mal), haak: h ̇ōk (Blerick, ... ), haak (Alken, ... ), huǝk (Zepperen), hāk (Lommel), hōk (Diepenbeek), hōǝk (Nuth), hǫǝk (Neerpelt), hǭk (Blerick, ... ), hǭǝk (Eys), wǫk (Tongeren), ǭk (Maasmechelen), haakje: haakje (Maasbracht), hø̄kskǝ (Susteren, ... ), klokhaak: klokhǭk (Geulle), klǫkhǭk (Berg / Terblijt), krabhaak: krabhaak (Beringen), kratserhaak: krɛtsǝrhǭk (Hoensbroek), mes bet scherpe punt: mɛs bę sxɛrǝpǝ pynt (Grazen), met de hand: met de hand (Berverlo, ... ), nagelhaak: nugǝlhōk (Sint-Truiden), nē̜gǝlhǭk (Tegelen), schelhaak: šɛlhǭk (Gulpen, ... ), schrabberhaak: šrabǝrhǭk (Berg / Terblijt), schraphoorntje: šrabhø̜rxǝ (Terwinselen), slachthaken: šlaxhø̄k (Mechelen), spekhaak: spɛkhǭk (Diepenbeek), tang: taŋ (Nieuwerkerken), tenenhaak: tinǝnhok (Kuringen), tinǝnhōk (Kuringen), tī.nhǭk (Panningen), tenentrekker: tenentrekker (Rotem), tēntrɛkǝr (Swalmen), tīnǝntrękǝr (Helchteren), trekhaak: trękhowǝk (Neerpelt), trɛkhǭk (Boekend, ... ), trektang: tręktaŋ (Waasmont), vleeshaak: vlęjshǭk (Borgloon), vlīǝsōk (Sint-Truiden), vlɛsgǫjk (Mal) Meestal wordt hiervoor de haak gebruikt die aan de bovenkant van de krabber zit. Men gebruikt er ook wel een stuk gereedschap voor dat hiervoor bruikbaar en voorhanden is zoals de S-vormige spekhaak, trektang, mes met scherpe punt, of men rukt de nagels met de hand af. Bij de opgaven ''haak van de schel'', ''haak van de krabber'' e.d. is van de schel, van de krabber niet fonetisch gedocumenteerd. Voor de opgaven voor ''schel'', ''krabber'' e.d. zie men het lemma ''krabber''. [N 29, 36; monogr.] II-1