30961 |
leestklaar maken |
leestklaar maken:
lestklǭr mǭkǝ (L163a Milsbeek),
liǝsklǭr mākǝ (L267p Maasbree),
schacht garneren:
šęxt garnę̄rǝn (Q253p Montzen),
schachten klaarmaken:
šaxtǝ klǭrmākǝ (L293p Roggel),
schaften maken:
šaftǝ mākǝ (Q112a Heerlerheide),
tigen maken:
tigǝn mākǝn (L421p Dilsen),
tigen stikken:
tīžǝ stekǝ (Q083p Bilzen)
|
Het door middel van naden verbinden van de verschillende uitgesneden delen van het boventuig en het inrichten der bovenwerken voor rijg-, knoop-, gesp- en elastieksluiting. [N 60, 53]
II-10
|