e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
tapse avegaar buiker: bȳkǝr (Weert), eber: ē̜bǝr (Buchten), eggenboor: ē̜gǝbǭr (Stein), schaar: šōr (Maastricht), šǭr (Groot Genhout, ... ), schuinse eber: šȳnsǝn ē̜bǝr (Doenrade), tapse avegaar: tapsǝ avǝgār (Eygelshoven), tapse ever: tapsǝ ē̜vǝr (Neer), tapsǝn ē̜vǝr (Tegelen, ... ), vervolgboor: vǝrvǫlǝx˱bǭr (Echt, ... ), vervolgeber: vǝrvǫlǝx˱ē̜bǝr (Limbricht), vervolgever: vǝrvǫlx˱ē̜vǝr (Tegelen) Avegaar met een holrond, tapsvormig uitlopend boorijzer. Deze avegaar behoort tot de lepelvormige avegaren. Het onderste gedeelte van het boorijzer heeft echter scherpe, snijdende zijkanten waarmee het geboorde gat ruimer gemaakt kan worden. Aan het uiteinde van het boorijzer is soms een weerhaakje aangebracht dat het boorsel uit het boorgat omhooghaalt. Zie ook afb. 192. De wagenmaker heeft een reeks van dit soort boren met verschillende diameters. Hij gebruikt ze onder meer om de spaakgaten en de naafbusopening op maat te maken. Het woordtype eggenboor uit Stein (Q 15) verwijst naar het feit dat deze boor ook werd gebruikt voor het boren van de tapse gaten waarin de tanden van de driekante houten eg werden bevestigd. [N G, 32b; monogr.] II-12