e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
aanduwen aandammen: ǭndamǝ (Sint-Truiden), ǭǝndamǝ (Groot-Gelmen, ... ), aanduwen: ǭndø̜ǝ (Alken), aanstompen: ǭǝnstumpǝ (Ordingen), aanvullen: ǭǝnvø̜lǝ (Heks), dammen: damǝ (Tongeren), indobben: ɛjndǫbǝ (Gutschoven), induwen: ɛjndø̜ǝ (Heks), volstompen: vǭlstumpǝ (Haren) Het werk of de stukken zak en vet aanduwen waardoor verhinderd wordt dat er graan via de steenbus uitloopt. De molenaars gebruiken hiervoor verschillen werktuigen zoals een ɛhouten hamelɛ (hǭ.tǝ hǭ.mǝl Q 188), een hamel (hǭ.mǝl Q 180, Q 181; hǭmǝl P 177a, P 184, P 195, Q 164; ǭmǝl P 176), een beitel (bē.tǝl Q 162; bɛjǝtǝl P 184), een beiteltje (bētǝlkǝ Q 164), een stek (stɛk P 120, P 195, Q 78, Q 88), een steel (stɛjl P 176), een stompijzer (stumpęǝzǝr Q 160a), een ijzer (ā.zǝr Q 162), een spie/spij (spi Q 180) en een cale (kal Q 181, Q 188).' [Coe 112; Coe 112 add.; Grof 131; Grof 132; Grof 133] II-3