| 28929 |
aanmeten |
(de) maat nemen:
dǝ moas nęmǝ (Q121c Bleijerheide),
dǝ mwǫjt nēmǝ (Q162p Tongeren),
dǝ mūwt najmǝ (P188p Hoepertingen),
dǝ mǭt nimǝn (Q071p Diepenbeek),
dǝ mǭt nømǝ (L425p Grevenbicht / Papenhoven, ...
Q113p Heerlen,
Q016p Lutterade,
Q197p Noorbeek,
Q099q Rothem,
Q098p Schimmert),
dǝ mǭt nēmǝ (K252p Borsbeek, ...
L265p Meijel,
L299p Reuver),
dǝ mǭt nęjmǝ (P047p Loksbergen),
moas nē̜ǝmǝ (Q121c Bleijerheide),
mōt nimǝn (Q071p Diepenbeek),
mōǝt nęǝmǝ (P052p Schulen),
mǫwt nęjmǝ (P219p Jeuk),
mǫǝt nēmǝ (Q165p Hopmaal),
mǭt nømǝ (L381p Echt, ...
Q112p Voerendaal),
mǭt nø̄mǝ (L428p Born, ...
Q007p Eisden,
Q021p Geleen,
Q095p Maastricht,
Q099p Meerssen,
L433p Nieuwstadt,
Q111q Ransdaal),
mǭt nø̜mǝ (Q101p Valkenburg),
mǭt nējmǝ (Q197p Noorbeek),
mǭt nēmǝ (L417p As, ...
L163p Ottersum,
L299p Reuver),
mǭt nēmǝn (K361p Zolder),
mǭt nē̜ǝmǝ (Q198p Eijsden),
mǭt nęjmǝ (Q078p Wellen),
(de) maat pakken:
(de) maat pakken (L312p Neerpelt, ...
L416p Opglabbeek),
dǝ muǝt pakǝ (Q083p Bilzen),
dǝ muǫt pakǝ (K361p Zolder),
dǝ mōǝt pakǝ (Q174p Herderen, ...
Q009p Maasmechelen,
Q082p Munsterbilzen),
dǝ mǭt pakǝ (Q011p Boorsem, ...
Q086p Eigenbilzen,
Q007p Eisden,
Q009p Maasmechelen),
mot pakǝ (Q003p Genk),
mǭt pakǝ (L417p As, ...
L317p Bocholt,
L414p Houthalen,
Q088p Lanaken,
L368p Neeroeteren,
L416p Opglabbeek,
Q015p Stein),
aanmeten:
amiętǝ (Q247p Sint-Martens-Voeren),
amē̜tǝ (L246p Horst),
ānmētǝ (Q009p Maasmechelen),
ānmē̜tǝ (L289p Weert),
de maat krijgen:
dǝ mǭt kręjǝ (Q253p Montzen),
maat opnemen:
mǭt opnemǝ (L270p Tegelen),
meten:
meten (L414p Houthalen),
miǝ.tǝ (K361p Zolder),
mē̜tǝ (Q027p Doenrade, ...
L425p Grevenbicht / Papenhoven,
L330p Herten,
L298a Kesseleik,
L265p Meijel,
L271p Venlo),
mē̜tǝn (L282p Achel),
mɛjtǝ (Q032p Schinnen),
mɛ̄tǝ (L364p Meeuwen, ...
L312p Neerpelt)
|
Het nemen van de voor een kledingstuk vereiste maten. Bij de heren neemt men de maat van de rughoogte, taillelengte, gehele lengte van het kledingstuk, (halve) rugbreedte, ellebooglengte, mouwlengte, borstbreedte, bovenwijdte, taillewijdte, zitwijdte, armsgatdiepte, verhoudingsmaat, schouderhoogte, korte schouderhoogte, avancement, buikvoorsprong, lendebreedte; opening, lengte en zijlengte van het vest; knielengte, zijlengte, tussenbeenlengste, bandwijdte, zitwijdte, kniewijdte en voetwijdte van de broek (Papenhuyzen II, pag. 5 e.v.). Bij de dames neemt men de maat van de rughoogte, taillelengte, gehele lengte (halve) rugbreedte, ellebooglengte, mouwlengte, borstbreedte, eerste bovenwijdte, tweede bovenwijdte, taillewijdte, heupwijdte, armsgatdiepte, bustehoogte, verhoudingsmaat, voorlengte tot de rughoogtelijn, voorlengte tot de taillelijn, schouderhoogte, avancement, achterlengte, zijlengte, voorlengte, taillewijdte, heupwijdte en onderwijdte van de rok (Papenhuyzen I, pag. 6 e.v.). Zie voor het aanmeten o.a. afb. 23. [N 59, 43; N 62, 2a]
II-7
|