26617 |
afkoelen |
afkoelen:
afkulǝ (L210p Venray),
afkø̄̄lǝ (L377p Maasbracht, ...
L322a Nunhem),
áfkulǝ (L163a Milsbeek),
āfkī̄lǝ (Q083p Bilzen),
āfkø̄̄lǝ (L381p Echt, ...
Q111p Klimmen,
L299p Reuver,
Q121b Spekholzerheide,
L331p Swalmen,
L270p Tegelen,
L374p Thorn),
āǝfkø̄̄lǝ (L290p Panningen),
ǭfkø̄̄lǝ (Q095p Maastricht),
afkoelenā:
āfkø̄lǝ (L330p Herten),
āfkø̜jlǝ (L430p Einighausen),
afstoppen:
ǭfstupǝ (Q083p Bilzen),
koelen:
kø̄̄lǝ (Q111p Klimmen)
|
Afkoelen, gezegd van (zakken) meel. [N O, 38f] || De temperatuur in (een kamer van) de ringoven langzaam verminderen door er buitenlucht in toe te laten. Het ɛafstoppenɛ werd in Q 83 gedaan door het ɛkotɛ, waarschijnlijk het kijkgat, dicht te gooien.' [N 98, 143; monogr.] || De temperatuur in de oven langzaam verminderen. [monogr.]
II-3, II-8
|