id | Begrip | Trefwoord: dialectopgave (plaats) | Omschrijving |
---|---|---|---|
26312 | aflaten | aflaten: aflaten (Paal), aflōtǝ (Lummen), aflǭtǝ (Meijel, ... ), āflǭtǝ (Maxet, ... ), laten zakken: lǭtǝ zakǝ (Herten), schoeven: sxuvǝ (Kaulille), vieren: vīrǝ (Sittard, ... ), zakken aflaten: zakken aflaten (Weert), zakǝn āflōǝtǝ (Lummen), zɛk˱ āflǭtǝ (Thorn) | Zakken met behulp van het luiwerk naar beneden laten. [N O, 26d] II-3 |