29788 |
afplakken |
afplekken:
afplɛkǝ (P047p Loksbergen),
āfplę ̞kǝ (Q111p Klimmen, ...
Q121b Spekholzerheide),
ǭfplɛkǝ (Q095p Maastricht),
blad papier:
blǭt pǝpī̄r (Q083p Bilzen
[(gemaakt van grijs papier)]
),
een onderslag maken:
nǝn ǫndǝrslǭx mǭkǝ (Q083p Bilzen),
plekken:
plę ̞kǝ (L377p Maasbracht, ...
L163a Milsbeek,
L322a Nunhem,
L210p Venray),
plɛkǝ (L290p Panningen),
schuif:
šø̜jf (L381p Echt, ...
Q095p Maastricht),
šūf (L270p Tegelen),
schuiven:
šȳvǝ (Q020p Sittard)
|
Het laatste blad van een volgezette kamer dichtplakken met een groot stuk papier in verband met de regeling van de luchtstroom. Volgens de invuller uit Q 83 werd het papier door de luchtstroming, de trek (d\n tręk), tegen de reten van de inzet getrokken. [N 98, 147; monogr.]
II-8
|