32630 |
benamingen van de ploeg naar de trekkracht |
brabants ploegje voor de ezel:
brǭbants plø̄xskǝ vø̜r dǝn ę̄zǝl (L248p Lottum, ...
L266p Sevenum
[(een lichte ploeg vooral gebruikt op een keuterbedrijfje)]
),
eenspannige brabander:
ēnšpɛnǝgǝ brǭbɛndǝr (Q192p Margraten
[(lichte brabantse ploeg voor één paard)]
),
koeploeg:
ku[ploeg] (L322p Haelen
[(een houten karploeg)]
),
kō[ploeg] (Q191p Cadier
[(houten ploeg met ijzeren schaar en riester)]
),
koeëploeg:
kuu̯ǝplōx (L265b Kronenberg),
osseploeg:
ǫ.sǝ[ploeg] (Q116p Simpelveld),
ǫsǝ[ploeg] (L322p Haelen
[(houten karploeg)]
, ...
L265b Kronenberg,
L209p Merselo,
Q194p Rijckholt,
L331p Swalmen
[(houten karploeg)]
),
osseploegje:
ǫsǝplø̄xskǝ (Q192p Margraten
[(het lichtste model van de brabantse ploeg)]
),
paardsploeg:
pęǝtsplux (P175p Gingelom),
ploeg voor de tractor:
plōx ˲vør dǝn traktǝr (L246p Horst),
tracteurploeg:
traktø̜̄rplōx (L424p Meeswijk),
tractorploeg:
tractorploeg (L282p Achel),
traktǝr[ploeg] (Q019p Beek, ...
Q191p Cadier,
L246p Horst,
L265b Kronenberg,
L248p Lottum,
L209p Merselo,
Q116p Simpelveld),
traktǫr[ploeg] (L292p Heythuysen, ...
Q192p Margraten,
L115p Mook,
Q033p Oirsbeek,
Q097p Ulestraten),
trekkerploeg:
trękǝrplux (L192b Aijen, ...
L115p Mook,
L192a Siebengewald),
tweespannige brabander:
twiǝspɛnǝgǝ brǭbɛndǝr (Q192p Margraten
[(zwaarder model voor twee paarden)]
)
|
De door een koe of os getrokken ploeg was in L 163 aanvankelijk een voetploeg, later een karploeg; in L 192a was het een gewone ploeg, in L 192b een omganger, in L 246 en 292 een brabantse ploeg; de ploeg van een zgn. osse-, ezels- of koeboer had in L 290 van voren een wieltje en liep iets lichter dan de voetploeg. [N 11, 30; N 11A, 78 + 79 + 142; monogr.]
I-1
|