28499 |
bultbroed |
bultbroed:
bultbroed (L428p Born, ...
K278p Lommel,
Q009p Maasmechelen,
L294p Neer,
L416p Opglabbeek),
bøljtjbrut (L329p Roermond),
bøljtjbrōt (L333p Asenray / Maalbroek, ...
L371a Geistingen,
L384p Herkenbosch,
L330p Herten,
L289p Weert),
bøltbro.t (L421p Dilsen),
bøltbroǝt (Q002p Hasselt),
bøltbrut (Q113p Heerlen, ...
K317a Kerkhoven,
L265p Meijel,
P176p Sint-Truiden,
L215a Wellerlooi,
L244d Ysselsteyn),
bøltbruǝt (L244d Ysselsteyn),
bøltbrōt (Q019p Beek, ...
Q018p Geulle,
L246p Horst,
L372p Maaseik,
Q197p Noorbeek,
L381b Peij,
Q015p Stein,
Q197a Terlinden),
bøltbrūt (L210p Venray),
bø̜ltbrōt (L271p Venlo),
darrenbroed:
darǝbrut (K317a Kerkhoven),
pochelbroed:
poxǝlbrut (Q003p Genk),
pokkelbroed:
pukǝlbrūt (Q253p Montzen),
vals broed:
vāls brōt (Q197p Noorbeek, ...
Q197a Terlinden),
waardeloos broed:
waardeloos broed (P177p Zepperen),
werksterbroed:
węrkstǝrbruǝ.t (Q071p Diepenbeek)
|
Darrenbroed ontstaan uit eitjes van een leggende werkbij. De cellen worden door de werksters in dit geval voorzien van een zeer hoog gewelfd deksel, vandaar de benaming bultbroed. Bultbroed kan echter ook ontstaan, wanneer een gewone moer onbevrucht is gebleven of door ouderdom of letsel niet langer in staat is bevruchte eieren af te zetten. Deze moer wordt dan ook darrenbroedig. [N 63, 62b; N 63, 27; N 63, 24b]
II-6
|