27808 |
helling |
grâle:
grāl (Q000 Zie mijnen
[(Beringen)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
helling:
hęleŋ (Q121a Chevremont
[(Julia)]
, ... [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]
Q121p Kerkrade
[(Wilhelmina)]
, [Julia]
Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
[Winterslag, Waterschei, Eisden]),
hɛleŋ (Q035p Brunssum
[(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]
, ... [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]
Q111p Klimmen
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
, [Wilhelmina]
L433p Nieuwstadt
[(Maurits)]
, [Emma, Hendrik, Wilhelmina]
K361p Zolder
[(Zolder)]
[Maurits]),
opgaande voie:
opgāndǝ vōj (Q000 Zie mijnen
[(Winterslag / Waterschei / Eisden)]
[Beringen, Houthalen]),
plantant:
plantõ̜ (Q012p Rekem
[(Zwartberg / Eisden)]
[Zolder]),
stijgende baan:
štīgǝndǝ bān (Q113p Heerlen
[(Emma)]
[Zwartberg, Eisden]),
voie montante:
vōj montantǝ (Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Houthalen)]
[Emma]),
èmontemint:
montmẽ̜ (Q000 Zie mijnen
[(Zolder)]
[Beringen])
|
Hellende mijngang, vaak voor mechanisch vervoer. Het woordtype "grâle" wordt in de mijn van Beringen gebruikt voor een hellende gang die gaat van een grote dwarsgang naar een pijler die lager ligt. [N 95, 517; monogr.; N 95, add.; Vwo 344; Vwo 367]
II-5
|