| 25612 |
het bakproces ten einde brengen |
afbakken:
afbakken (L163p Ottersum),
afbakǝ (L265p Meijel),
afbaʔǝ (K314p Kwaadmechelen),
āfbakǝ (Q021p Geleen, ...
Q012p Rekem,
Q020p Sittard,
L331p Swalmen,
Q097p Ulestraten,
L271p Venlo,
Q112p Voerendaal,
Q117a Waubach,
Q204p Wittem),
ǫfbǫʔ+F20436ǝn (K278p Lommel),
ǭfbakǝ (Q095p Maastricht),
afkoelen:
ǫfkīlǝ (Q082p Munsterbilzen),
bakken:
(het brood is) gǝbakǝ (Q203p Gulpen),
bakken (L321p Neeritter, ...
Q036p Nuth),
bakǝ (L250p Arcen, ...
L330p Herten,
L387p Posterholt,
P176p Sint-Truiden),
jǝbakǝ (Q121p Kerkrade),
doorbakken:
dǫwrbakǝ (P176p Sint-Truiden),
gaar (zijn):
(het brood is) gār (L317p Bocholt, ...
Q202p Eys,
Q113p Heerlen,
L292p Heythuysen,
L269a Hout-Blerick,
L377p Maasbracht,
L372p Maaseik,
Q095p Maastricht,
L383p Melick,
Q197p Noorbeek,
Q035a Rumpen,
L270p Tegelen),
gār zenǝ (Q015p Stein),
gāǝr (L269p Blerick, ...
Q193p Gronsveld),
gaar bakken:
gaar bakken (L292p Heythuysen),
gār bakǝ (Q095p Maastricht, ...
Q012p Rekem),
gaar laten worden:
gār lǭtǝ wø̄rdǝ (Q095p Maastricht),
gār lǭtǝ wērdǝ (Q099q Rothem),
gaar maken:
gār mākǝn (L432a Koningsbosch),
gaar worden:
gā.r wē̜.rǝ (L290p Panningen),
gār wē̜rdǝ (Q035p Brunssum),
gār wē̜rǝ (Q191p Cadier, ...
L270p Tegelen),
het bakken doen uitscheiden:
ǝt bakǝ dun ātsxē̜dǝ (P176a Melveren),
laten bakken:
lǭtǝ bakǝ (Q197p Noorbeek),
laten uitgaan:
lutǝ ǭtgǫn (P177p Zepperen),
uitbakken:
ūsbakǝ (Q121e Kaalheide)
|
De baktijd, de tijd die nodig is om een goed gebakken brood te verkrijgen, is verschillend en afhankelijk van de oventemperatuur, van de grootte van het te bakken brood, van de bij de deegbereiding gebruikte grondstoffen (Schoep blz. 107). [N 29, 49]
II-1
|