32205 |
holle ring aan de binnenzijde van de naaf |
hol:
hǫl (L381p Echt, ...
Q204a Mechelen),
ø̜̄l (Q019b Groot Genhout),
navenhol:
nāvǝhǭl (L434p Limbricht),
ojief:
ogif (L382p Montfort),
ojif (L270p Tegelen),
ojīf (Q119p Eygelshoven),
ožīf (L434p Limbricht),
ōzif (K353p Tessenderlo),
ǫržīf (Q111p Klimmen)
|
De holle ring aan de binnenzijde van de naaf, dus aan de kant van de as. Zie voor het woordtype ojief ook het lemma ɛojiefprofielɛ in de paragraaf over de vaktaal van de meubelmaker.' [N G, 43a, 3]
II-12
|