33457 |
horizontale draaibare sluitbalk van een poort |
boom:
bǭm (Q166p Vechmaal),
deurhout:
dø̄rhǫu̯t (L266p Sevenum),
sleep:
šl‚ēp (Q034p Merkelbeek),
slinger:
šleŋǝr (L294p Neer),
slingerhout:
sleŋǝrhø̜u̯t (L416p Opglabbeek),
sluitwervel:
šlūtwɛrǝvǝl (L270p Tegelen),
tewarsbalk:
twɛrs˱balǝk (L250p Arcen),
wervel:
vęrǝgǝl (Q209p Teuven),
v˙erǝgǝl (Q202p Eys),
werǝvǝl (L430p Einighausen, ...
L320a Ell,
L321p Neeritter,
L378p Stevensweert,
L318b Tungelroy),
wø̜rǝvǝl (L291p Helden, ...
L290p Panningen),
węlǝvǝr (Q011p Boorsem, ...
P222p Opheers),
wɛlǝvǝr (Q211p Bocholtz),
wɛrǝvǝl (L360p Bree, ...
Q187a Heugem)
|
Een draaibare sluitbalk ter halve hoogte van een poort, in het midden vast bevestigd aan een van de poortvleugels. In horizontale stand gedraaid vallen de uiteinden in een bevestiging en is de poort afgesloten; in vertikale stand is de poort geopend. De sluitbalk wordt dan om hinder te voorkomen vaak boven en onder vastgezet. Zie afbeelding 20. [add. uit N 5A, 54a; N 4A, 48; A 49, 4]
I-6
|