e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kapstok haak: ?v”r kl@?\\r #p t\\ ha]\\  hōͅk (Neerharen), kapstek: kapstɛk (Gingelom, ... ), kapstok: kapsjtok (Margraten), kapstok (Gelinden, ... ), kapstōk (Bocholt, ... ), kapstoͅk (\'s-Herenelderen, ... ), kapstøͅk (Heers), kōͅpstoͅk (Ulbeek), \'n Neus is genne kápstok: men moet niet alles vertellen Wat án de kápstok hánge: iets uitstellen  kápstok (Castenray, ... ), Hang diene jas aan de kapsjtok achter de deur hóng e klein kapsjtökske  kapsjtok (Roermond), ook lang mager mens  kapsjtok (Sittard), Pin, lat, standaard om kleren, hoeden aan te hangen Hang d¯ne hood aan de kapstok Hank noe alle deftigheid aon de kapstok: zet opzij  kapstok (Maastricht), voor meer kleren en hoeden  kapsjtok (Oirsbeek), klederhanger: kapstok  kleijerhanger (Tungelroy), klederstaander: kleͅi̯ərštɛndər (Bleijerheide, ... ), kleerhaak: klīroͅu̯k (Peer), kleerraam: klīrrām (Neerpelt), kleerrek: klīrrɛk (Leopoldsburg), kleerstek: klīrstɛk (Schulen), knophout: knoͅphō.t (Waubach), knoͅphoͅu̯t (Eupen), mantelhout: mantelhout (Valkenburg), mantelstok: voor meer kleren en hoeden  mantjelsjtok (Oirsbeek), portemanteau (fr.): pormanto (Montzen), portəmantoͅu̯ (Sint-Truiden), rek: rēͅk (Bree), rɛk (Gorsem, ... ) Een gebogen hout met een haak om kleren op te hangen (kleerhanger, kapstok) [N 79 (1979)] || kapstok [ZND 34 (1940)] || kapstok, hutstock || kleerkast [DC 39 (1965)] || staande kapstok III-2-1