26666 |
kipkar |
clitchēt:
klitši (Q188p Kanne, ...
Q180p Mal),
drijkantig kipwageltje:
drājkęntex kepwē̜gǝlkǝ (Q083p Bilzen
[(elders in gebruik)]
),
kipkar:
kipkar (L381p Echt),
kipkɛr (L297p Belfeld, ...
L331p Swalmen,
L270p Tegelen),
kipwagel:
kepwāgǝl (P047p Loksbergen),
kipwāgǝl (Q095p Maastricht),
kipwageltje:
kepwēgǝlkǝ (Q095p Maastricht),
kipwē̜gǝlkǝ (Q111p Klimmen),
kipwagen:
kepwāgǝ (L372p Maaseik, ...
L322a Nunhem),
kipwãgǝ (Q020p Sittard, ...
L210p Venray),
kipwāgǝ (Q111p Klimmen, ...
L322a Nunhem,
L299p Reuver),
kipwān (Q121b Spekholzerheide
[(meervoud: kipwāns)]
),
kipwǭgǝ (L163a Milsbeek),
rolwagen:
rǫlwāgǝ (L374p Thorn),
slagkar:
šlāxkɛr (L381p Echt
[(uitsluitend met paard)]
),
wageltje:
wē̜gǝlkǝ (Q083p Bilzen)
|
Kipkar waarmee de boeren hun graan naar de molen brachten. [Coe 237 add.] || Wagon met kantelbare laadbak, die over smalspoor wordt voortbewogen en tot op heden wordt gebruikt voor het vervoer van de gedolven grondstof naar de voorraadplaats of de maalmachines. De kipkar (L 270) was een karretje met twee wielen, bak en stuurboom dat via smalspoor over de brug naar de stortplaats werd gereden. Zie ook de toelichting bij het lemma ɛbrugɛ.' [N 98, 49; monogr.]
II-3, II-8
|