e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
koets koets: kots (Spalbeek), kotš (Buchten, ... ), koǝts (Kermt), kui̯ts (Kerniel, ... ), kuts (Aalst, ... ), kutš (Amby, ... ), kuǝts (Alken, ... ), køts (Eigenbilzen, ... ), køtš (Eupen, ... ), kōts (Beek, ... ), kōǝts (Bree, ... ), kūts (Bilzen, ... ), kūtš (Maasmechelen, ... ), kǫi̯ts (Beringen, ... ), kǫu̯ts (Borgharen, ... ), kǭtš (Guttecoven), kǭu̯tš (Gulpen), koetskar: kutskar (Blitterswijck), kutskār (Arcen), kutskɛr (Beesel), koetswagen: kutšwāgǝ (Schinveld), paardskoets: pē̜rskuts (Genk, ... ), rijkoets: rijkoets (Jeuk) Vierwielig rijtuig met een vierkante gesloten kast voor een klein aantal personen. De kast hangt in riemen of rust op veren. De koetsier heeft een aparte bok. De koets is een van de meest bekende rijtuigen, vandaar dat "koets" ook vaak als algemene benaming voor het vierwielig rijtuig gebruikt wordt. [N 17, 5; N 101, 1-13; N G, 51; L 28, 24; L 36, 70; L A, 288; L 1a-m; S 18; Wi 18; Gi 3,IB; monogr] I-13