30579 |
loodvergiftiging |
blijvergiftigung:
blajvǝŋeftǝjoŋ (Q121c Bleijerheide),
loodvergiftiging:
lowǝt˲vǝrgeftegeŋ (P219p Jeuk),
luat˲vǝrgi.ftegeŋ (Q032p Schinnen),
lut˲vǝrgeftegeŋ (Q095p Maastricht),
luǝt˲vǝrgeftegeŋ (L328p Heel, ...
Q113p Heerlen,
L330p Herten,
Q111p Klimmen,
L267p Maasbree,
L265p Meijel),
lyt˲vǝrgøftegeŋ (L414p Houthalen),
lōt˲vǝrgeftegeŋ (L163p Ottersum),
lū.t˲vǝrgeftegeŋ (Q117a Waubach),
lūǝt˲vǝrgeftegeŋ (Q203p Gulpen, ...
Q117p Nieuwenhagen,
Q118p Schaesberg),
lǭt˲vǝrgeftegeŋ (L426p Buchten),
loodvergiftigung:
luǝt˲vǝrjeftijoŋ (Q121p Kerkrade),
loodwitvergiftiging:
lōǝtwet˲vǝrgeftegeŋ (L330p Herten),
loodziekte:
lut˲zik˱dǝ (Q071p Diepenbeek),
luwǝt˲zektǝ (K353p Tessenderlo),
lǭt˲zēktǝ (L423p Stokkem)
|
Beroepsziekte die vooral voorkomt bij mensen die veel met lood of loodhoudende stoffen werken. Zie ook het lemma "loodvergiftiging" in Wld II.9, pag. 186. "Een karakteristiek symptoom der loodvergiftiging is blauw worden van het tandvleesch; er vormt zich een blauwige zoom langs de bruin of zwart geworden tanden. Allerlei storingen van het zenuwstelstel zijn bij heviger aanvallen het gevolg; dikwijls treedt de z.g. loodkoliek op, die vooral ʔs nachts zeer pijnlijk is. In allerlei zenuwcentra kunnen verlammingen optreden, vooral in de strekspieren der armen" (Zwiers II, pag. 37). [N 64, 166] || Ziekte die ontstaat ten gevolge van het werken met loodhoudende verfstoffen. [N 67, 101; monogr.]
II-11, II-9
|