32196 |
naafbank |
centerblok:
sɛntǝrblǫk (L369p Kinrooi),
dombank:
dumbaŋk (K353p Tessenderlo),
naafbank:
nǭf˱baŋk (Q095p Maastricht),
schraag:
šrāx (Q111p Klimmen
[(niet gebruikt)]
),
vormblok:
vǫrǝmblǫk (L382p Montfort)
|
Werkbank waarin het afgezaagde stuk boomstam met behulp van dissel, handbijl en snijmes de ruwe vorm van een naaf krijgt. Het bestaat uit twee evenwijdige balken waaronder vier pootjes zijn aangebracht. Tussen de twee balken waren een vaste en een verstelbare pin aangebracht waartussen het houtblok werd vastgeklemd. Zie ook afb. 180. In Echt (L 381) was de naafbank onbekend. Men gebruikt hier de wielstoel om het houtblok op rond te kappen. Zie ook dat lemma. [N G, 6]
II-12
|