30831 |
overleer |
bovenleer:
bovenleer (Q117a Waubach, ...
Q001p Zonhoven),
boǝvǝlę̄r (Q083p Bilzen),
bōvǝlę̄r (L421p Dilsen),
bǫwvǝlę̄r (P219p Jeuk),
bǭvǝlę̄r (L387p Posterholt, ...
Q032p Schinnen),
overleer:
iǝvǝrlę̄r (Q083p Bilzen),
yǝvǝrlę̄r (L387p Posterholt),
ø̜vǝrlę̄r (L265p Meijel),
ø̜ǝvǝrlę̄r (Q121c Bleijerheide),
īvǝrlę̄r (L417p As),
ōvǝrlę̄r (L163a Milsbeek),
ǭvǝrlę̄r (Q253p Montzen)
|
Het betere, fijnere leer voor de bovenzijde van schoenen of het deel van de schoen daarvan gemaakt. Voor schoeisel dat niet uitsluitend voor de winter, voor de jacht, voor arbeid in het water of iets dergelijks wordt gebruikt, kan men het beste overleer nemen, dat steeds week en soepel blijft (Knöfel I, pag. 13). [N 60, 1a; N 60, 247]
II-10
|