e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pijpensteel mondster: In de plaats van mondstuk.  monster (Beringen), mondstuk: mondstek (Gruitrode), mondstik (Peer), mondstuk (Heusden, ... ), montstək (Gutshoven), moondstuk (Tessenderlo), pijpenroer: piepereer (Bree), pieperoer (Zichen-Zussen-Bolder), pieperoor (Bocholt, ... ), Oud.  pipəro:r (Stokkem), pijpenroertje: piepereurke (Mechelen-aan-de-Maas, ... ), pīpərø̄rke (Opgrimbie), uitsluitend verklw.  piêpe-reurke (Altweert, ... ), pijpenspit: piepespeet (Achel), pijpenstaart: paipestat (Lauw), pèè.pestart (Hasselt), pijpensteel: paipesteel (Lauw), peiəpəstijəl (Gutshoven), pēpesteel (Hechtel), pēpəstēl (Neerpelt), pēͅpəstēl (Herk-de-Stad), piejpesteel (Hamont), piepesjteel (Roermond), piepesteel (Achel, ... ), piepestiel (Neeroeteren), piepəsteel (Overpelt), pijpensteel (Halen), pijpesteel (Kerkhoven, ... ), pijppesteeil (Heusden), pijpəsteel (Tessenderlo), pipestel (Neerpelt), piêpesteel (Hamont), pypesteel (Tessenderlo), pèpesteel (Hasselt), pɛəpəsteəl (Lanklaar), Me kan ?t neit baeter opmaake es door eine piepesjteel: wordt gezegd van frevent roker  piepesjteel (Sittard), Net zó vet as enne pi‰pesteel zien: mager zijn  piēpesteel (Castenray, ... ), Nieuw.  pipəstiəl (Stokkem), roer: roer (Bilzen, ... ), roor (Bocholt, ... ), roër (rower) (Hasselt), rōōr (Rosmeer), rōr (Maaseik), ruier (Sittard), rur (Genk), ruər (Gutshoven), rūr (Alken, ... ), rôêr (Hoepertingen), Verklw. r”rk\\  rōr (Meeswijk), roertje: rurke (Mechelen-aan-de-Maas), ruurke (Maaseik), rø̄rke (Lanaken), schacht: schag (Hasselt), spit: speet (Hamont), spit (Kwaadmechelen, ... ), spits: spits (Koninksem), staart: stat (Borlo), stert (Helchteren), staart van de pijp: stat van de pijp (Jeuk), steel: steeel (Wellen), steejl (Bilzen), steel (Beringen, ... ), steil (Sint-Truiden), stel (Bree, ... ), steəl (Rotem), stēēl (Rosmeer), stēl (Diepenbeek, ... ), stē‧l (Meeswijk), steͅəl (Velm), stiel (Groot-Gelmen, ... ), stieël (Bree), stiĕl (Bree), stiël (Neeroeteren), stjel (Eigenbilzen), stêl (Neeroeteren), De steel van z¯n Goudse piep braok midde door  steel (Maastricht), Of de helft ervan.  steel (Tessenderlo), steel van een pijp: stīl van ēīn pīp (Opglabbeek) buis van een pijp || gedeelte van duitse pijp || Pijpensteel. Het dunne buisvormige deel van een pijp. [ZND 41 (1943)] || pijpestaart, pijpesteel van aarden pijpen || pijpesteel || steel (van een pijp) || steel van een pijp || voorstuk van pijp III-2-3