32654 |
ploegboom |
anker:
a.ŋkǝr (Q096c Neerharen
[(wentelploeg)]
, ...
Q005p Zutendaal),
balk:
ba.lk (Q094p Hees),
balk (P118b Kortenbos, ...
L355a Linde),
balǝk (L282p Achel, ...
L324p Baexem,
P113p Binderveld,
Q002c Bokrijk,
P115p Duras,
P175p Gingelom,
P048p Halen,
P173p Halmaal,
L328p Heel,
Q113p Heerlen,
L289a Hushoven,
P219p Jeuk,
P180p Kerkom
[(voetploeg)]
,
P047p Loksbergen,
K278p Lommel,
P045p Meldert,
P176a Melveren,
Q117p Nieuwenhagen,
P117p Nieuwerkerken,
L355p Peer,
L387p Posterholt,
L373p Roosteren,
Q099q Rothem,
P107a Rummen,
P176p Sint-Truiden
[(voetploeg)]
,
K353p Tessenderlo,
L374p Thorn,
L318b Tungelroy,
Q112p Voerendaal,
P227p Vorsen,
P172p Wilderen,
Q001p Zonhoven),
bá.lǝk (Q160p Bommershoven, ...
Q156p Borgloon,
Q087p Gellik,
Q153p Gors-Opleeuw,
K360p Heusden,
Q074p Kortessem,
P057p Kuringen,
P051p Lummen,
K357p Paal,
P056p Stokrooie),
bálǝk (P182p Buvingen
[(voetploeg)]
, ...
K317a Kerkhoven,
K314p Kwaadmechelen),
bā.lǝk (Q188p Kanne, ...
Q152p Kerniel),
bǝ.lǝk (P120p Alken, ...
K358p Beringen,
K318p Berverlo,
L360p Bree,
L353p Eksel,
L419p Elen,
P184p Groot-Gelmen,
L356p Grote-Brogel,
L352p Hechtel,
L413p Helchteren,
L414p Houthalen,
L369p Kinrooi,
L315p Kleine-Brogel,
K359p Koersel,
P118p Kozen,
L422p Lanklaar,
L424p Meeswijk,
L364p Meeuwen,
L314p Overpelt,
P052p Schulen,
P058p Stevoort,
L354p Wijchmaal,
K361p Zolder),
bǝu̯.k (L359p Beek, ...
L360p Bree,
L366p Gruitrode,
L368p Neeroeteren,
L418p Niel-bij-As,
L416p Opglabbeek,
L365p Wijshagen),
beulhout:
bø̄lhō ̞t (Q188p Kanne),
boom:
bō ̞m (Q112p Voerendaal),
būǝm (K315p Oostham, ...
K353p Tessenderlo),
bǫu̯m (L432p Susteren),
brug:
brø̜k (L295p Baarlo),
gewerf:
gǝwɛ̄.rǝf (Q200p s-Gravenvoeren),
gǝw˙ɛrǝf (Q247p Sint-Martens-Voeren, ...
Q247a Sint-Pieters-Voeren),
grendel:
grɛ ̝ndǝl (L244c America, ...
L215p Blitterswijck,
L214a Geysteren,
L217p Meerlo,
L246a Swolgen,
L245b Tienray,
L214p Wanssum),
grɛndǝl (Q194p Rijckholt),
grendelboom:
grɛ ̝ndǝlbūǝm (L246p Horst
[(aan ijzeren ploeg)]
),
grindel:
(g)re.ŋǝl (L370p Kessenich),
(g)reŋǝr (L270p Tegelen),
gre.ndǝl (Q094p Hees, ...
Q174p Herderen,
Q188p Kanne,
Q088p Lanaken,
L248p Lottum,
Q090p Mopertingen,
Q187p Sint Pieter,
Q096d Smeermaas,
Q091p Veldwezelt,
Q171p Vlijtingen,
Q172p Vroenhoven,
Q094b Wolder / Oud-Vroenhoven / Wiler,
Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
gre.njǝl (L361p Tongerlo),
gre.nžǝl (Q081a Heesveld-Eik),
gre.nǝl (Q163p Berg, ...
Q072p Beverst,
Q011p Boorsem,
Q242p Diets-Heur,
L421p Dilsen,
Q164p Heks,
Q167p Koninksem,
Q240p Lauw,
Q006p Leut,
L372p Maaseik,
Q009p Maasmechelen,
Q089p Martenslinde,
Q204a Mechelen,
L424p Meeswijk,
L383p Melick,
Q177p Millen,
L367p Neerglabbeek,
L368p Neeroeteren,
Q182p Nerem,
Q010p Opgrimbie,
L371p Ophoven,
L415p Opoeteren,
Q157a Overrepen,
Q161p Piringen,
Q012p Rekem,
Q076p Romershoven,
Q241p Rutten,
Q168p s-Herenelderen,
Q154p Sint-Huibrechts-Hern,
Q181p Sluizen,
L423p Stokkem,
Q162p Tongeren,
Q013p Uikhoven,
Q080p Vliermaal,
Q155p Werm),
gre.ŋdǝl (L266p Sevenum),
grendǝl (Q196a Banholt, ...
L215p Blitterswijck,
Q196p Mheer,
L192a Siebengewald,
L268p Velden),
grenjǝl (L324p Baexem, ...
L291p Helden,
L424p Meeswijk,
L319p Molenbeersel,
L294p Neer,
L290p Panningen,
L318b Tungelroy),
grenjǝr (L320a Ell),
grenzǝl (L159a Middelaar),
grenǝl (L416p Opglabbeek),
greŋǝl (L295p Baarlo, ...
L324p Baexem,
L429a Berg,
L331b Boukoul,
L426p Buchten,
Q018p Geulle,
L322p Haelen,
P050p Herk-de-Stad,
L330p Herten,
L426z Holtum,
L316p Kaulille,
L369p Kinrooi,
Q111p Klimmen,
L332p Maasniel,
Q192p Margraten,
L322a Nunhem,
Q033p Oirsbeek,
Q111q Ransdaal,
Q203a Reijmerstok,
Q118p Schaesberg,
Q015p Stein,
L331p Swalmen,
Q112z Ten Esschen,
L268p Velden,
Q117a Waubach,
Q078p Wellen),
gri.ŋǝl (Q089p Martenslinde),
grindel (P086p Kessel-Lo),
grindǝl (L211p Leunen, ...
L209p Merselo,
L216p Oirlo),
grø.ndǝl (Q175p Riemst),
grø.nǝl (Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
grø̜.n(d)ǝl (Q090p Mopertingen),
grø̜.nǝl (Q094p Hees),
grø̜njǝl (L424p Meeswijk),
grēndǝl (L192b Aijen, ...
Q191p Cadier,
Q193p Gronsveld,
Q198b Oost-Maarland),
grēnzǝl (L165p Heijen),
grę ̝ŋǝl (P195p Gutschoven),
grę.ŋǝl (Q083p Bilzen, ...
Q160p Bommershoven,
Q156p Borgloon,
Q170p Grote-Spouwen,
Q079p Guigoven,
P197p Heers,
Q158a Henis,
Q077p Hoeselt,
Q157p Jesseren,
Q152p Kerniel,
Q169p Membruggen,
Q168a Rijkhoven,
L420p Rotem,
Q162p Tongeren,
Q178p Val-Meer,
Q166p Vechmaal,
Q075p Vliermaalroot,
Q079a Wintershoven),
gręi̯njǝl (Q007p Eisden),
gręnjǝl (L368p Neeroeteren, ...
Q008p Vucht),
gręnǝl (L418p Niel-bij-As),
gręŋǝl (P179p Aalst, ...
P120p Alken,
P187p Berlingen,
Q072p Beverst,
P224p Boekhout,
P218p Borlo,
Q159p Broekom,
P178p Brustem,
P182p Buvingen
[(wentelploeg)]
,
Q071p Diepenbeek,
P186p Gelinden,
Q003p Genk,
P175p Gingelom,
Q153p Gors-Opleeuw,
Q002p Hasselt,
P188p Hoepertingen,
Q165p Hopmaal,
P180p Kerkom
[(wentelploeg)]
,
P055p Kermt,
Q074p Kortessem,
P118p Kozen,
P220p Mechelen-Bovelingen,
P214p Montenaken,
Q082p Munsterbilzen,
P222p Opheers,
P177a Ordingen
[(voetploeg)]
,
P189p Rijkel,
Q076p Romershoven,
P223p Rukkelingen-Loon
[(wentelploeg)]
,
P119p Sint-Lambrechts-Herk,
P176p Sint-Truiden
[(wentelploeg)]
,
P121p Ulbeek,
P174p Velm,
P192p Voort,
Q078p Wellen,
P118a Wijer,
Q073p Wimmertingen,
Q153a Zammelen,
P177p Zepperen),
jreŋǝl (Q121c Bleijerheide, ...
Q211p Bocholtz),
Het is niet duidelijk of deze variant het type grindel dan wel het type geringel vertegenwoordigt.
gǝreŋǝl (Q117p Nieuwenhagen),
grindelbalk:
grenjǝlbalǝk (L265p Meijel),
hout:
hōt (P050p Herk-de-Stad),
kanon:
kǝnǫn (P177a Ordingen
[(wentelploeg)]
),
lijf:
lī.f (L424p Meeswijk),
nuk:
nøk (Q035p Brunssum),
ploeganker:
plōx˱a.ŋkǝr (Q096c Neerharen),
ploegbalk:
[ploeg]˱ba.lǝk (L282p Achel, ...
L359p Beek,
P053p Berbroek,
K358p Beringen,
K318p Berverlo,
L317p Bocholt,
Q002c Bokrijk,
Q071p Diepenbeek,
L353p Eksel,
L363p Ellikom,
Q003p Genk,
Q002a Godschei,
L286p Hamont,
L352p Hechtel,
L413p Helchteren,
L414p Houthalen,
L316p Kaulille,
Q006p Leut
[(minder gebruikelijk dan grindel)]
,
L372p Maaseik,
L364p Meeuwen,
Q096c Neerharen,
L312p Neerpelt,
L314p Overpelt,
Q157a Overrepen
[(minder gebruikelijk dan grindel)]
,
L355p Peer,
P052p Schulen,
L313p Sint Huibrechts Lille,
Q172p Vroenhoven,
Q084p Waltwilder,
K361p Zolder),
[ploeg]˱balǝk (Q019p Beek, ...
P051a Bolderberg,
Q027p Doenrade,
P049p Donk,
L164p Gennep,
P048p Halen,
L286p Hamont,
L291p Helden,
K316p Heppen,
P050p Herk-de-Stad,
L292p Heythuysen,
L265b Kronenberg,
K317p Leopoldsburg,
L289b Leuken,
P047p Loksbergen,
K278p Lommel,
L332p Maasniel,
L217p Meerlo,
P045p Meldert,
L163a Milsbeek,
L115p Mook,
L288p Nederweert,
Q019a Neerbeek,
L321p Neeritter,
L288a Ospel,
L163p Ottersum,
L290p Panningen,
Q111q Ransdaal,
Q020p Sittard,
P054p Spalbeek,
K353p Tessenderlo,
L245b Tienray,
Q014p Urmond,
L268p Velden,
L214p Wanssum,
P044p Zelem),
[ploeg]˱bau̯.k (L417p As, ...
L317p Bocholt,
L416p Opglabbeek,
L362p Opitter,
L358p Reppel),
[ploeg]˱bá.lǝk (Q160p Bommershoven, ...
P055p Kermt,
P051p Lummen,
Q182p Nerem,
Q168p s-Herenelderen),
[ploeg]˱bálǝk (K314p Kwaadmechelen, ...
P046p Linkhout,
K315p Oostham),
ploegbalk (Q086p Eigenbilzen, ...
P118b Kortenbos,
L355a Linde),
ploegboom:
[ploeg]˱bō.m (Q196p Mheer, ...
Q116p Simpelveld),
[ploeg]˱bǫu̯m (L429p Guttecoven, ...
Q009p Maasmechelen,
L424p Meeswijk),
ploeggrindel:
[ploeg]˲gre.ŋǝl (L422p Lanklaar),
[ploeg]˲grę.ndǝl (Q083p Bilzen),
richel:
rexǝl (L434p Limbricht),
romp:
ro.mp (Q097p Ulestraten),
trekbalk:
tręk˱bālǝk (Q194p Rijckholt)
|
De ploegboom is de horizontale houten, later ijzeren balk die ploeglichaam en staart met het vooreinde van de ploeg verbindt. Deze balk, die van voren door een voet of wieltje gesteund wordt ofwel in losse of vaste verbinding staat met een tweewielig voorstel, is in het midden voorzien van voorschaar en kouter; het achterstuk ervan is via schei en onderstaart met het ploeghoofd verbonden. Bij een wentelploeg met voorkar kan deze balk samen met het daaraan bevestigde dubbele ploeglichaam 180° gedraaid worden. Bij een wentelploeg die van voren een voet- of wielsteun heeft, draait het dubbele ploeglichaam om het achtereinde van de balk. Indien voor een plaats voor de balk van de voetploeg en die van de wentelbare karploeg uitdrukkelijk twee verschillende benamingen werden opgegeven, is bij de betreffende woordtypen achter het nummer van die plaats voetploeg resp. wentelploeg vermeld. In plaats van grendel is voor de meeste opgaven van die vorm op grond van het vokalisme het type grindel gepostuleerd. Het is echter niet uitgesloten dat sommige daarvan toch aan het type grendel beantwoorden of dat grindel en grendel in bepaalde dialecten niet te onderscheiden zijn. Het type grendel is wel aangehouden voor een aantal opgaven uit een gebied waarvoor ook op grindel wijzende varianten werden verstrekt. Deze zijn wel te beschouwen als oorspronkelijke grindel-vormen die men later - wellicht mede door het feit dat de balk van een ijzeren karploeg met de voorploeg vergrendeld is - geïdentificeerd heeft met het woord grendel, bekend uit het A.N. Daarop lijkt ook het type grendelboom te wijzen. Vaak wordt met de term grindel meer bedoeld dan alleen de ploegbalk: hij omvat tevens de stang en/of de ketting(en) eronder en evt. de kam aan de voorkant. Zelfs op deze aanhangsels alleen is het woord grindel van toepassing. Daarvoor zie men de lemmata grindelketting, grindelstam en ploegkam. [N 11, 31.I.d ; N 11A, 84a; JG 1a + 1b; JG 2a, 1; JG 2b-4, 2a; monogr.]
I-1
|