e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ploegen akkeren: a.kǝrǝ (Hees, ... ), akkeren (Kaulille  [(oud)]  , ... ), akǝrn (Koersel, ... ), akǝrǝ (Berg, ... ), akǝrǝn (Eksel, ... ), aʔǝrǝn (Lommel), á.krǝ (Overrepen), á.kǝrǝ (Hasselt, ... ), ákǝrǝ (Aalst, ... ), ákǝrǝ(n) (Helchteren, ... ), áʔǝrǝ (Oostham, ... ), ɛkǝrǝn (Hamont  [(oud)]  ), beploegen: bǝplōgǝ (Maastricht), bouwen: bǫu̯ǝ (Afferden, ... ), eren: ērǝn (Hamont  [(oude en niet meer gebruikelijke term)]  ), groef maken: gruf mākǝ (Ottersum), groef slaan: grōf šlǭ (Mechelen), groeven aanstoten: grūvǝn ǭnstǫwtǝ (Bilzen), in het veld rijden: ęn ǝt ˲vɛ.lt ręi̯ǝ (Heusden  [(oude term)]  ), met de ploeg varen: męt ˲dǝ [ploeg] ˲vǭ.rǝ (Herderen, ... ), noten maken: nutǝ māxǝ (Bleijerheide), omakkeren: em[akkeren] (Hees), øm[akkeren] (Borlo, ... ), ø̜m[akkeren] (Buvingen, ... ), ombouwen: øm[bouwen] (Blitterswijck, ... ), ø̜m[bouwen] (Boekend), omdoen: emdoǝn (Hasselt), emduǝn (Hasselt), emdū.n (Beverst, ... ), omdun (Oostham, ... ), omdō.n (As, ... ), omdō.nǝ (Molenbeersel), omdōn (Baexem, ... ), omdōǝn (Kinrooi, ... ), omdūǝ (Bleijerheide, ... ), umdun (Kwaadmechelen  [(oud)]  ), ø.mdū.n (Hamont), ømdou̯n (Jeuk, ... ), ømdu.n (Heusden), ømdun (Binderveld, ... ), ømduŋ (Achel), ømduǝ (Cadier, ... ), ømduǝn (Margraten, ... ), ømdy.n (s-Herenelderen  [(oud)]  ), ømdyn (Henis), ømdøn (Rutten), ømdō.n (Maasmechelen), ømdōn (Hushoven, ... ), ømdōǝn (Blerick), ømdū.n (Alken, ... ), ømdūn (Achel, ... ), ømdūu̯n (Koersel), ømdūǝ (Heerlen, ... ), ømdǫ.n (Sint-Huibrechts-Hern, ... ), ø̄mdū (Meijel), ø̜mdū.n (Sint Huibrechts Lille), ø̜mdűn (Gingelom), ęmduu̯n (Kiewit), ęmdű̄.n (Mopertingen), omdoen met de ploeg: omdō.n met ˲dǝ plōx (Herten), omploegen: om[ploegen] (Boukoul, ... ), øm[ploegen] (Eys, ... ), omrijden: emrę̄ǝ (Kermt, ... ), ømręi̯ǝn (Lommel), ømrę̄ǝ (Nieuwerkerken), ø̜mrę̄i̯ǝ (Gingelom), omvaren: emvǭ.rǝ (Genk, ... ), omvā.rǝ (Boukoul, ... ), omvārǝ (Heythuysen, ... ), ømvārǝ (Hushoven), ømvǭ.rǝ (Millen, ... ), omwerken: ømwę̄rǝkǝ (Merselo), omzetten: ømzɛ ̝tǝ (Tegelen), ploegen: pl ̇o ̞gǝ (Moresnet), pl ̇o ̞rǝ (Moresnet), pl ̇ou̯gǝ (Eupen), pl ̇ōgǝ (Borgharen, ... ), pl ̇ǫ ̝u̯gǝ (Afferden, ... ), plo ̝gǝ (Hees  [(oud)]  ), plogǝ (Beringen, ... ), plogǝ(n) (Helchteren, ... ), plorǝ (Eynatten, ... ), plugǝ (Beringen, ... ), plugǝ(n) (Kleine-Brogel, ... ), plugǝn (Achel, ... ), plō ̞gǝ (Rotem), plōgǝ (Amby, ... ), plōgǝn (Elen, ... ), plōu̯gǝ (Sint Pieter), plōǝgǝ (Baelen, ... ), plūgǝ(n) (Kwaadmechelen, ... ), plűgǝ (Mopertingen, ... ), ploegvaren: plōvārǝ (Buggenum, ... ), plōx.vãrǝ (Buggenum, ... ), tailleuren: tali̯øę̄rǝn (Sint Huibrechts Lille  [(zeer oud woord)]  ), telen: tø̄lǝ (Meijel), varen: v ̇ãrǝ (Sint-Pieters-Voeren), vã.rǝ (Gerdingen, ... ), vãrǝ (Baexem, ... ), vǭ.rǝ (Gellik, ... ) Bouwland met de ploeg bewerken. De termen in dit lemma worden geacht toepasselijk te zijn op het ploegen in het algemeen. Hiervoor is lang niet overal een aparte, semantisch neutrale term in gebruik. Meestal blijkt daar het plaatselijke woord voor het ploegen van de zaaivoor ook aangewend te kunnen worden voor het ploegen in het algemeen. Van de onderstaande termen kunnen ploegen, akkeren, bouwen e.d. doorgaans zowel absoluut ("morgen ga ik ploegen") als ook in verbinding met een object (de akker, het land, een stuk) gebruikt worden. De met om- samengestelde woorden aan het eind van het lemma hebben steeds een object: meestal de akker e.d., soms een onder te ploegen gewas. Voor omdoen in de zin van ondiep ploegen, zie men het betreffende lemma. [N 11, 41; N 11A, 106; JG 1a + 1b; JG 2a-1, 7; A 20, 1b; A 23, 1c; A 27, 24a; A 33, 17; Gwn 7, 1; S 28; Wi 38; Lu 1, 1c; Lu 5, 24a; L 34, 46; monogr.] || In de zijkanten van een vloerdeel met behulp van een ploegschaaf groeven en messingen aanbrengen. [N 54, 132c] I-1, II-9