e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
potaarde aarde: jadǝ (Zichen-Zussen-Bolder), jer (Berverlo), joadǝ (Ulbeek), jādǝ (Wellen), jāt (Spalbeek), jęt (Veldwezelt), ēdǝ (Borlo), ērt (Maastricht), ē̜rt (Tegelen), ęǝrdǝ (Opoeteren), ęǝrt (Neeroeteren), %%adjectieven%%  ē̜rdǝ (Eisden), bloemenaarde: bloomenaerd (Venlo), klei: klęj (Tegelen, ... ), klɛj (Klimmen  [(voor pottenbakkerij: voor steenbakkerij is het lē̜jm)]  ), krijt: kręjǝt (Ulbeek), leem: lēm (Gennep, ... ), lęjm (Gruitrode), potaarde: potjāt (Landen), pot˱iǝt (Romershoven), pǫtjat (Eigenbilzen, ... ), pǫtjaǝt (Borgloon), pǫtjø̜̜̄̄t (Hasselt), pǫtjāt (Borgloon, ... ), pǫt˱`āt (Herk-de-Stad), pǫt˱ejǝt (Tongeren), pǫt˱ējǝt (Donk, ... ), pǫt˱ē̜rt (Roermond, ... ), pǫt˱ɛjǝt (Brustem), potleem: pǫtlēm (Heijen), pottenbakkersleem: pǫtǝbɛkǝrslęjm (Roermond), pottenklei: pø̜tklɛj (Munstergeleen), pǫtǝklɛj (Maasmechelen), tellorenstof: tɛlȳrǝstǫf (Jeuk), witte aarde: wętǝn ē̜rt (Lanaken) Aarde of klei die geschikt is om er aardewerk van te bakken. [N 49, 1a; N 27, 48; L 35, 78; monogr.] || bloemaarde II-8, III-2-1