29425 |
pottenkoopman |
aardmannetje:
(mv)
ęrtmɛnkǝs (L291p Helden
[(woonden vaak in holen of hutten: Zij trokken van dorp tot dorp en verkochten of repareerden ook metalen vaatwerk)]
),
barenschurger:
bārǝšørǝgǝr (Q101p Valkenburg),
duppenschurger:
døpǝšørjǝr (Q121p Kerkrade),
døpǝšørǝgǝr (Q101p Valkenburg),
pottenkremer:
pǫtǝkriǝmǝr (L318b Tungelroy),
pottenkruier:
pǫtǝkrøjǝr (L318d Altweert
[(id)]
, ...
L318e Altweerterheide
[(id)]
,
L287p Boeket
[(bedelaar: iemand die met een kruiwagen met potten langs de deur ging om te verkopen: Oorspronkelijk een Duitser die oliekruiken en ander aardewerk verkocht)]
,
L289h Boshoven
[(id)]
,
L288c Eind
[(id)]
,
L289a Hushoven
[(id)]
,
L318a Keent
[(id)]
,
L288b Laar
[(id)]
,
L289b Leuken
[(id)]
,
L288p Nederweert
[(id)]
,
L288a Ospel
[(id)]
,
L289p Weert
[(id)]
),
pottenschurger:
pǫtǝšø̜rǝgǝr (L318b Tungelroy),
uilenkremer:
ȳ.lǝkrē.mǝr (Q020p Sittard)
|
Pottenkruier; koopman in aardewerk die met zijn handelswaar op een kruiwagen het land rondtrok. [monogr.]
II-8
|