e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
scherp eggen (de eg) op scherp leggen: op sxē̜rǝp lęgǝ (Horst), [eggen]: [eggen] (Alken, ... ), diep [eggen]: dēp (Heythuysen, ... ), diep derdoor houden: dēp ˲dǝrdōr hãldǝ (Lottum), dēp ˲dǝrdǭ ̝r hǭi̯ǝ (Sevenum), gewoon [eggen]: gǝwōn [eggen] (Gennep, ... ), met de tanden vooruit [eggen]: męt ˲dǝ taŋ vø̄rūt (Ospel), naar voor [eggen]: nǫ vø̄r (Mesch), scherp [eggen]: sxē̜rǝp (Aijen, ... ), sxęrǝp (Paal, ... ), sxɛ ̝rǝp (Kronenberg, ... ), sxɛ.rǝp (Berbroek, ... ), sxɛrǝp (Beringen, ... ), sxɛ̄rǝp (Mook), šɛ.rǝp (Beverst, ... ), šɛrǝp (Doenrade, ... ), šɛ̄ ̝rǝp (Vaals), šɛ̄.rǝp (Gronsveld, ... ), scherp leggen: sxē̜rǝp lęgǝ (Horst), scherp zetten: šɛrǝp ˲zetǝ (Herten), van voor [eggen]: van vø̄r (Maasbracht), van vø̄ǝr (Gulpen), vān vø̄r (Oost-Maarland), van voorwaarts [eggen]: van vørwats (Margraten), vǝ vø̜rwarts (Cadier), vast door de grond houden: va.st˱ dørǝx ˲dǝr gro.ŋk hau̯ǝ (Simpelveld), voorheen [eggen]: vø̄rhē (Mechelen), vooruit [eggen]: vø̄r`yt (Merselo), vø̜rūt (Gulpen), vooruits [eggen]: vȳǝrūts (Klimmen), voorwaarts [eggen]: førwarts (Nuth), vȳrwarts (Ten Esschen), vȳrwats (Waubach), vȳrwārts (Bingelrade), vørwats (Eys, ... ), vø̄rwars (Meeswijk), vø̄rwarts (Geulle, ... ), vø̄rwaš (Einighausen), vø̄rwārs (Maasmechelen), vø̄rwārts (Buchten, ... ), vø̄rwārš (Guttecoven), vø̄rwē̜rts (Sittard), vø̜rwarts (Ottersum), vø̜rwats (Gronsveld, ... ), vø̜rwāts (Jabeek), vorenwaarts [eggen]: vørǝwats (Oirsbeek) Werken met een eg die "scherp" is aangespannen. De tanden van de eg staan dan schuin naar voren gericht en gaan dientengevolge diep door de grond heen. Zie afb. 69. De termen zijn primair van toepassing op het werk met de oude houten eg die schuingeplaatste tanden had. In streken waar men gezien de grondsoort met één egtype kon volstaan en bij de bestrijding van onkruid uitsluitend of voornamelijk scherp egde, kan voor "scherp eggen" en "onkruid uiteggen" dezelfde term in gebruik zijn (geweest). Voor het werkwoordelijk deel eggen en de weglating daarvan bij de varianten, zien men de toelichting bij het lemma ''eggen''.' [JG 1a + 1b add.; N 11A, 173a; N P, 15a; monogr.] I-2