27016 |
scherp staan |
aanscherpen:
ānšɛrpǝ (L371a Geistingen),
scherp staan:
scherp staan (L294p Neer, ...
L416p Opglabbeek),
sxɛrp stuǝn (Q003p Genk),
sxɛrp stǭn (L246p Horst, ...
L271p Venlo,
L210p Venray,
L289p Weert,
L244d Ysselsteyn),
sxɛrp stǭ (L244b Griendtsveen),
šɛrp stǭn (L428p Born),
šɛrp štǭn (L333p Asenray / Maalbroek, ...
Q019p Beek,
L384p Herkenbosch,
L330p Herten,
L329p Roermond),
šɛ̄rǝp stǭ (L265p Meijel),
scherp werken:
sxɛrp wɛrkǝ (Q071p Diepenbeek),
scherp zijn:
men zegt, wanneer men klompen met pinnen eronder aanhad: ek ben sxɛrǝp
ek ben sxɛrǝp (L245p Meterik),
scherpbouw:
sxɛrpbǫw (K317a Kerkhoven),
scherpen:
šɛrpǝn (L421p Dilsen),
spitsbouw:
špetsbōw (Q253p Montzen)
|
Gezegd van mensen die ijspinnen onder de klompen dragen. [II, 77; II, add.] || Spits toelopen van de raat of raten tijdens het bouwen. De uiteinden van de raten zijn wigvormig. Het scherp staan is een teken dat de jonge raat nog verlengd wordt. [N 63, 16c]
II-4, II-6
|