30441 |
schoorplank |
kettel:
kętǝl (Q083p Bilzen),
krans:
krāns (L163p Ottersum),
schoor:
šǭr (Q204a Mechelen),
schoorplank:
šǭrplaŋk (L330p Herten),
spanstuk:
španštø̜k (L385p Sint Odilienberg),
strebe-bred:
štrēp˱brɛt (Q121c Bleijerheide),
verstevigingsplank:
vǝrštīvegeŋsplaŋk (L387p Posterholt)
|
Plank van 2 à 3 cm dikte en van iets mindere hoogte dan de balken zelf, die tussen de balken van een roostering wordt bevestigd om plaatselijk optredende lasten over meerdere balken te verdelen en op deze wijze de kans op scheuren in de kalklaag van het onderliggende plafond te verminderen. In Q 83 wordt het woord 'kettel' ook gebruikt voor de tussenschotbalkjes in een roostering. [N 54, 142b]
II-9
|